- 284 De le luitenant-adjudant Schultz wordt aan deze colonne als fun- geerend stafofficier toegevoegd. Omtrent eten en het medenemen van vivres geldt hetzelfde als bij de colonne Engel. De compagnie van het 13" bataljon infanterie, onder commando van den kapitein Wtcewaal van Stoetwegen, die tijdens het ageeren der troepen in de IY Moekims een konvooi vivres uit Kota Radja naar Kroeng Raba heeft overgebracht en daarna de troepen tot aan Pakan Badak gevolgd heeft, zal de colonne Diepenheim tot aan Djempit volgen en zich aldaar aansluiten bij zijn korps, dat onder majoor Mekern zich aldaar bevindt. III. Eene colonne, bestaande uit het 13° bataljon infanterie, 2 sectiën artillerie 8 cM. licht, 1 detachement sappeurs en 1 ambu lance, onder bevel van den majoor Mekern. Deze colonne zal den 28en Januari stelling nemen op de ten Zuiden van onzen post Djempit gelegen sawahvlakte en aldaar nadere beve len afwachten. De l6 luitenant-adjudant Munniks de Jongh wordt aan deze colonne als fungeerend stafofficier toegevoegd. IV. De colonnes Engel (waarbij de brigade opnemeis) en Mekern marcheeren om 6, de colonne Diepenheim, waarbij zich de opper bevelhebber aansluit, om 7 uur v.m. af. Gaan wij thans na, wat er op den 28en Januari bij elk der 3 colonnes voorviel. Bij de colonne Diepenheim werd de 3e compagnie 3e bataljon, com mandant de 1" luitenant W. van Santen Kolff „voorhoede" de wakkere sectie artillerie onder den len luitenant Jhr. H. P. Tindal voegde zich met eenige sappeurs daarbij. Aanvankelijk in recht Zuidelijke richting op het gebergte aanmarchee- rende, moest weldra een vrij drassig terrein doorloopen worden, dat veel oponthoud gaf, toen voor het passeeren der artillerie eene dwars over den weg liggende borstwering moest worden opgeruimd. Nadat daarop de voet van het gebergte bereikt was, werd het te volgen smalle pad tamelijk goed, waarmede men zich trouwens wel

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 299