298 Maar zou het dan niet beter zijn, daarvoor in de plaats voetexer citiën en sabeloefeningen te houden? Als middel tot handhaving eener strenge discipline zijn deze oefeningen minstens even goed, zoo nog niet beter. Doch „J"! is dat het nut van de gesloten oefeningen? Zijn het niet juist die oefeningen, die er zooveel toe bijdragen, dat het eskadron „in de hand" (niet te verwarren met uwe uitdrukking) is van zijnen commandant, omdat zij eene groote opmerkzaamheid vereischen van den man op zijnen aanvoerder, vooral wanneer com mando's en signalen achterwege blijven en de commandant zijn eskadron (peloton) op teekens leidt. En hoe zou het gaan met „uwen handig uitgevoerden aanval" (blz. 454) met een peloton (of meer), niet geoefend in gesloten exercitiën Iets verder verklaart gij aan de lezers, dat onze aanvallen en evolu- tiën, dank zij ons paardenmateriaal en onze Inlanders, beneden het middelmatige blijven (blz. 455). Waar gij zulks gezien hebt, moet dit geweten worden aan eene minder goede leiding, want zij behoeven niet beneden het middelmatige te blijven en te Salatiga b. v. blijven zij daar dan ook niet beneden! Drie alhier in garnizoen zijnde van het Hollandsehe leger gedetacheerde officieren van ons wapen willen u dit gaarne verzekeren, ('t Was immers uw doel het wapen te verheffen een slecht geneesheer, die in goede deelen snijdt). Gij wenscht, dat de enkele man en diens oefening meer op den voorgrond zal treden mij dunkt, dat moeiljjk hieraan nog meer zorg kan worden besteed, waar bij de veldeskadrons vier maanden van het jaar uitsluitend bestemd zijn voor de individueele opleiding van man en paard. Ook met uwe verzuchting betreffende de Inlanders kan ik niet medegaan en om hunne waarde voor ons als „nul" te beschouwen, is toch, vind ik, wel wat overdreven, zonder daarom nog te willen instemmen met iemand, die bij het verlaten van zijn peloton, tot zijne manschappen zeide: „Kaloe saja pigi perang salamanja saja minta orang djawa toeroet!" Sterker nog geeft gij uw gevoelen lucht, waar gij kortweg een Inlandsch peloton een „bende" noemt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 313