312
Indringing in menachenlichamenop 1700 M. I'/sj op 1000 M.
21 /2, op 500 M. 31 /2op 200 M. 41/2, op 25 M. 5 lichamen.
Onder l]/2 verstaat men, dat, na het eerste lichaam doorboord te
hebben, de kogel in 't tweede is gedrongen.
Twee platen ijzer van 4 en 6 mM,, te zamen 10 mM werden doorboord,
toen ze op elkaar lagen en met tusschenruimten van 1 en 12 cM.
bleek het achterste gat grooter te zijn dan 't voorste.
Een 4 mM. weekstalen plaat werd van de 6 schoten door 5 door
boord. Een 4 mM. ijzeren plaat tegen een muur had geen invloed
op de indringing, terwijl een 4, ja zelf 2 mM. dikke plaat tegen de
achterzijde van een muur van 11 cM. alle schoten tegenhield; werd
de muur bres gescheten, dan kreeg de plaat een deuk en werd zij
ten laatste doorboord.
Een betere dekking geven 2 platen van 2 en 3 mM. dikte met
8 cM. cement er tusschen deze dekking werd eerst dan doorboord,
als 4 schoten op 50 M. afstand dezelfde plaats troffendeze con
structie zal voortaan gevolgd worden bij het bouwen van tamboers.
De Marine zal in plaats van M/1878 nu het Mod. 86/83 ontvangen;
de buitenlandsche schepen zullen van deze bewapening eerst voorzien
worden na terugkomst in het vaderland.
De taschvoorraad munitie is 120 stuks.
Die in den compagniespatronen wagen 65, voorts 69 bij de infan-
terie-munitiecolonne, 49 in 't park, zoodat de geheele voorraad
per man is 303 stuks.
De Fransche artillerie is bewapend met een Mousqueton M/1892
met sabelbajonet voor de onberedenen en een revolver en sabel voor
de beredenen.
Deze Mousqueton is in overeenstemming gemaakt met de ka
rabijn M/90.
De lengte zonder SB 0.945 M. karabijn M/90 0.945 M.
met 1 345
Gewicht wapen ongeladen 3.1 KG.
met raam
v'' ,'=3.195
KGr.
en 3 patronen j
SB zouder scheede 0.425
d tj met 0.640
■- 3.095
LU C L 1 Cl Cl LU I
n