- 326 en verscheen opnieuw aan 't hoofd der Chitraleesche stammen, om zich te vereenigen met de troepen van Umra-Khan, ten einde geza menlijk naar de hoofdstad op te rukken. Omstreeks dienzelfden tijd werd een kleine colonne Britsch-Indische troepen, die uit Mastuj was afgezonden tot ondersteuning van Dr. Robertson, bij Buni door de inboorlingen in de pan gehakt, die haar in een défilé overvielen, welks toegangen zij bezet bielden Kapitein Ross, 46 Sikhs en 8 volgelingen vonden hierbij den dood, doch luitenant Jones hoewel zwaar gewond wist met 14 soldaten aan 's vijands slagen te ontkomen. Onder deze omstandigheden was alle verdere aarzeling niet JaDger geoorloofd en het Indische gouvernement was nu wel verplicht zoo krachtdadig mogelijk op te treden tot bevrijding van het kleine garni zoen van het fort Chitral. Terwijl het expeditiekorps zich te Peshawer verzamelde, kon men nagaan, op welke wijze men gebruik zou kunnen maken van den Noordelijken weg, die aan de garnizoenen van Kashmir zooals Gilgit en Bunji den toegang tot Chitral verleende. De bevolking der landstreek, waardoor deze marschrichting voert, was grootendeels onbekend gebleven met de in her Zuiden door Umra-Khan en Sher- Afzu! aangestookte oproeiige bewegingen; de op kapitein Ross en zijn escorte gepleegde moord had wel is waar de onrust opgewekt der Engeische posten, die zich bevonden langs de route Gilgit Chitral, doch dit was een op zich zelf staand feit en niet het in opstand komen eener geheele landstreek. Teneinde den marsch der troepen tegen verrassing te beschermen, was 't voldoende de getalsterkte der colonnes te vermeerderen door hun aantal te verminderen. Door snel en krachtdadig op te treden, hoopte men met de minst verwijderde versterkingen tijdig genoeg Chitral te kunnen bereiken om het fort te ontzetten en Dr. Robertson met zijne gezellen te bevrijden (1). (1) In de laatste helft van Maart, kort na den op de colonne Ross gepleegden moord, was de verdeeling der troepen langs de ljjn Gilgit Chitral, als volgt: te Mastnj 254 man Ghizar 100 Gupis 140 Gilgit 200 man van het 32e bataljon pioniers. Deze waren onder kolonel Kelly van Bunji gezonden. Te zamen 700 man versterking.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 341