346
millimeter, zoodanig aangebracht, dat de bovenzijde gelijk ligt met het
bovenvlak van den bol, zijnde de pompon naar beneden, door een gouden
of zilveren lis met knoop, zooals voor het leger hier te lande is voor
geschreven, verbonden met den bovenrand van het hooger aangeduide
galon; de kokarde van oranje koordzijde, in het hart van de pompon,
is breed dertienhoog twee en twintig millimeter, zijnde die kokarde
omgeven door vijf gouden of zilveren torsades, in overeenstemming met
het metaal der knoopen
de kwartiermuts is voorzien van een platte, zwart verlakt lederen klep,
aan de onderzijde groen, in het midden breed vijftig millimeter, zijnde
onmiddellijk boven de klep een veertien millimeter breeden stormband
van zwart verlakt leder aangebracht, bevestigd ter weerszijden van de
muts met behulp van een kleine gebombeerde knoop, overeenkomstig het
wapen of dienstvak; aan de achterzijde van de kwartiermuts is, onmid
dellijk boven het galon, een soortgelijke knoop aangebracht;
de stormband draagt twee verlakt lederen passanten, ieder breed tien
millimeter;
de kwartiermuts kan ter weerszijden of in den bol voorzien worden van
eene kleine ventilatie-opening.
2. De blauwe helmhoed van opper- en hoofdofficieren wordt, langs
de voorzijden van de vier oploopende naden, van den band tot aan de
dekplaat, voorzien van een gouden of zilveren tres (in overeenstemming
met de overige metaalversiering), breed twee millimeter.
Artikel 4.
Met wijziging in zooverre van de ter zake bestaande voorschriften
wordt bij deze bepaald, dat door de militairen beneden den rang van
officier van het leger in Nederlandsch-Indië onderscheidingsteekenen
worden gedragen, wegens langdurigen dienst of tot aanwijzing van
eenige bijzondere dienstbetrekking, als daar zijn: scherpschutter, hoef
smid, vuurwerker, zadelmaker, smid, timmerman, veldtelegrafist, enz.,
geborduurd op atilla en kapotjas, in overeenstemming met hetgeen te
dier zake is of wordt bepaald voor het leger hier te lande. Wat de
onderscheidingsteekenen voor langdurigen dienst aangaat, worden dus ver
vangen ééne chevron door een gekroonde W, geborduurd van rood
kemelshaar, twee chevrons door een gekroonde W, geborduurd van
zilverdraad, drie chrevrons door een gekroonde W, geborduurd van
gouddraad.
De modellen van al deze onderscheidingsteekenen, en de wijze, waarop