KRIJGSHERINNERINGEN UIT GENERAAL PEL 'S ZEGENIE RENDEN 70 DAAGSC1IEN TOCHT IN GROOT-AT JEU. Vervolg van blz. 296). De colonne Engel had het dien dag evenmin zwaar te verantwoor den gehad. Na kamporg Lam-Ari doorgetrokken te zijn, steeds door de achter hoede de huizen doende in brand steken, passeerde de colonne met eenig oponthoud de beek, waarvan reeds hierboven bij de colonne Meijer spreke was en bereikte zij om half drie des namiddags den rand der sawah, die Lam Toer van Oleh Soesoe scheidt, alwaar zij met de colonne Diepenheim contact kreeg. Ten Noorden van den missigit van Oleh Soesoe betrok de colonne Engel het bivouak. Den len Februari bleven de troepen in stellinggewonden en zieken gingen, via Djempit, naar Kota Radja en eene flinke fourageering werd ten uitvoer gebracht. De bivouaks waren in den afgeloopen nacht niet verontrust ge worden. Eene in den morgen van dienzelfden dag door den overste Meijer gedane verkenning van het ten Noordoosten van Lampenehen gelegen heuvelachtig terrein gaf evenwel aanleiding, om al dadelijk een paar heuveltoppen aldaar te doen bezetten. De compagnieën Smith en Vervloet, benevens 4 kanons onder van der Kruk, werden daartoe gecommandeerd, die bij deze gelegenheid 4 geblesseerden bekwamen. Een derde heuveltop werd des anderen daags door de compagnie Kievits bezet, niet zonder daarbij tegenstand te ondervinden. De op eene der hoogten geplaatste artillerie benevens de compagnie Yervloet ondersteunden bij deze manoeuvre de compagnie Kievits, die Dl. I, 1896. 25

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 370