367 L. H. 6e bataljon infanterie. Staf en 2 compagnieën te Atoa, id. te Biloel, 1 id. te Pager Ajer-missigit, .5. H. 10' bataljon infanterie. Staf en 2 compagnieën te Olehleh, detacheert teLampaseien Blang-Oë. 1 compagnie te Lam Pagger en 1 id. te Ketapan Doea. De postenlinie beoosten de Atjehriyier, van af Moesapi tot en met Lemboe, onderging in het geheel geene verandering, eerst later zou dit plaats vinden, als de troepen in de XXYI Moekims waren gerukt. In den namiddag van den 7en Februari ten 2 uur deed generaal Pel het bivouak nabij Longbattah opbreken en trok hij aan het hoofd zijner troepen, over Pendetie, zegevierend Kota Radja binnen. Officieren en soldaten, tot de bezetting van Kota-Radja en voor werken behoorende, stonden daar „en haie'' geschaard, om hun ge neraal en kameraden te verwelkomen. De korpsen, die de eer hadden gehad, de jongste krijgsverrichtingen mede te maken, defileerden voor hunnen kranigen aanvoerder en betrokken daarna hun kwartieren, om uit te rusten en nieuwe kracht te garen voor den weldra in te zetten nieuwen veldtocht. Den daaropvolgenden dag 8 Februari verscheen de navolgende commandementsorder. Soldaten! Den 26® December j. 1. ben ik met u de Westerpoorten van Kota- Radja uitgerukt en te velde getrokken tot het fnuiken der macht van de Atjehers, die meer dan twee jaren ons hielden ingesloten binnen den nauwen kring van posten, welke den Kraton omgaven. Den <en dezer zijt ge met mij in triomf onze hoofd versterking weder binnengerukt over Longbattah en Pendetie. Wanneer ge u thans op de Zuiderface van Kota Radja begeeft en een blik laat gaan over de landstreken, met mij doorloopen, dan rijzen van zelf de namen bij u op van Mibouw, Lam Hassan, Lam Tengah, de kloof van Blang Kala, Boekit Daroe, Oleh Soesoe, Lampermei,T.oeram, Atoa, enz.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 384