442 achter een paar heuveltjes posteerden, om ons te beschieten. Men was intusschen te Pango op zijne hoede, onze bivouakposten keken ter dege uit, al wat geweer hanteeren kon, kwam onder de wapenen en spoedig daarop marcheerde eene sectie barisan het bivouak uit, om in de rechterflank van den vijand te komen. De vijand ziende, dat Pango nog voldoende bajonetten had, week daarop weer naar Lam Kapang, thans om de colonne Jeltes in haar linkerflank te beschieten. Op deze gebeurlijkheid was door Jeltes gerekend, 2 compagniëen der colonne, die van Berkholst en Segov, vormden eene linkerflank dekking. De hoofdcolonne marcheerde in de navolgende orde op: de compaguiëen Bosch en Smith, voorhoede; de compagniëen Burggraef, de Lannoij, Steur en de Man met de artillerie, hoofdtroep de compagnie Smeets, achterwacht en de compagnie Sachse, de artillerie dekkende. Deze hoofdcolonne, den rivieroever volgende, kon door het moeielijke terrein slechts langzaam avanceeren en kwam alsnu voor de door eene sawah gescheiden kampong Meroe, van waaruit weldra een vrij hevig vuur op de onzen afgegeven werd. Terwijl aan den majoor Kretschmer opgedragen werd met de com pagniëen Berkholst en Segov, waarbij zich spoedig de compagnie Bosch aansloot, den vijand op de linkerflank te lijf te gaan (eene insgelijks daarheen gedirigeerde sectie artillerie kwam spoedig terug, omdat ze met geen mogelijkheid door het terrein heen kon), marcheerden de overige troepen ten aanval op tegen Meroe. De compagnie Bosch op de linkerflank en de compagnie de Man in front beten de spits af en verjoegen, flink ondersteund door de overige compagniëen, den vijand allerwegen. Bij deze beide bestormingen onderscheidden zich door hun stout moedigheid de le luitenant-adjudant Röpke, de 2e luitenant Picard, de le luitenant Stadnitski, de adjudant-onderofficier dienstdoend officier MeuwesseD, n°. 50248, de sergeant-majoor Despretz, n°. 62630, de Europeesche fuselier Schafraad, n°. 58602 en de Amboineesche fuseliers Pattiasena, n°. 74906 en Wuwung, n°. 86024, allen van de infanterie,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 459