460 De overste Meijer was reeds den len Maart naar Kota Radja ver trokken, om aldaar zijn gewone werkzaamheden te hervatten. Met het bezetten van Grigchen was het grootste deel van wijlen generaal Pel's oorlogsplan ten uitvoer gebracht. Naar Kroeng Rija voort,te rukken, was eenvoudig onuitvoerbaar, onze troepen waren daarvoor al te zeer afgemat. Het aantal zieken nam hand over hand toe, nk aankomst te Gfigchen waren nog een 100-tal soldaten uithoofde van ziekte naar Kota Radja geëvacueerd geworden. Kon van de troepen nog zeer wel een paar dagen extra-inspanning worden geëischt, roekeloos ware het geweest, hen nog een paar weken te velde te houden. Was bovendien ook al het gansche oorlogsplan niet ten uitvoer ge legd, met de meeste zelfvoldoening mocht op bet resultaat der afge- loopen operatiën teruggezien worden vóór den aanvang mee3ter ziji de van een gebied van 13 vierkante palen, bedroeg dit terrein thans om streeks 90 paal, In het opstel hierboven gaven wij de feiten weer, zooals ons die geleerd werden uit de gegevens, welke ons ten dienste stonden. Critiek hebben wij achterwege gelaten. J. A. Vink.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 477