477 wijzigingen van het gewone zwarte buskruit en verschillen van dit laatste alleen door de verhouding der samenstellende deelen of wel door de toevoeging van enkele andere stoffen. Dikwijls bestaat het voornaamste verschil in de geheele of gedeel telijke vervanging van het salpeter door andere nitraten, zooals die van natrium, barium en ammonia. Het natriumnitraat of Chilisalpeter bevat 56.47 °/0 zuurstof, ammo niumnitraat 60 (1), het kaliumnitraat (salpeter) 47.48 °/0 en het bariumnitraat 36.78 °/0. Op het eerste gezicht schijnt het dus zeer voordeelig, in het gewone buskruit het salpeter te vervangen door een der eerste twee nitraten. Ongelukkig zijn echter beide en vooral het ammoniumnitraat zeer hygroscopisch en bijgevolg wordt het buskruit, dat een dezer nitraten bevat, in de gewone omstandigheden door aantrekking van vocht spoedig onbruikbaar. In een warm en droog klimaat (2) zouden buskruitsoorten met natriumnitraat zeker voordeeliger zijn dan het salpeterkruit, vooral als zij even voor het gebruik vervaardigd werden. Aldus bereide buskruitsoorten zijn in groote hoeveelheid benuttigd bij het graven van het kanaal van Suez. Het volkomen zuivere natriumnitraat is niet zoo heel vocht aantrekkend, doch zooals het in den handel voorkomt, bevat het andere zouten, die moeilijk op eene goedkoope wijze kunnen worden verwijderd en die de eigenschap om vocht aan te trekken, op belangrjjke wijze schijnen te verhoogen. Toch wordt dit zout op eene groote schaal, zij het dan ook indirect, gebruikt voor de vervaardiging van buskruit. Men heeft het namelijk slechts in eene warme oplossing samen te brengen met kaliumchloride (3) om dit laatste in salpeter om te zetten. Het kaliumnitraat blijft alsdan opgelost, terwijl het natriumchloride neer- (1) 81echts J/3 gedoe'te echter van deze zuurBtof kan worden benuttigd als vrije zuurstof, 2C°/U dus slechts, het overige verbindt zioh met de waterstof tot water. 2 ONH, NO, 4H,0 2N, O, (2) Volgens Berthelot is het buskruit bereid met natriumnitraat 4/3 maal sterker dan dat met salpeter. (8) Gewoonlijk verkregen uit carnalliet (KC1, MgCl,, 12 11,0), een mineraal dat men in groote hoeveelheid boren op de lagen bergzout in de zoutgroeven te Stassfurt in Saksen vindt en dat uiterlijk zeer veel op bergzout gelijkt. Het bevat 16 18°/0 Kaüumchloride en is zeer voohtaantrekkend.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 494