OVERGEPLAATST.
Gewestelijke en plaatselijke staven.
Als plaatsel. commandant te Semarang, de lt. kol. G. de Lang.
Infanterie.
Bjj het 2e bat., de le It. R. H. Berg;
bij het 3e bat., de le It. R. ten Seldam;
bij het 4e bat. te Kedong-Kebo, de kap. F. C. Thomson;
bij het 5e bat., de kap. R. Paehlig;
bij het 9e bat., de le It. A. Fliers en de 2e It. C. A. J. de Bruïne;
bij het 10e bat., de 2e It. W. Aars;
bij het 11e bat., de kap. J. H. Hartmann;
bij het 12e bat., de kap. B. J. Tjassens Keizer, de le lt. Baron L. J.
K. van Utenhove en W. F. d'Harvant;
bjj het 13e bat., de le lts. J. G. B. Berlauwt en G. J. Lette;
bij het 14e bat., de le It. J. W. Berenschot;
bij het 17e bat., de kap. H. A. L. Wichers;
bjj het 18e bat., de le lt. F. L. W. Raedt van Oldenbarnevelt;
bij het le dep. bat., de le lts. G. L. Saro en W. van der Meer;
bij het 2e dep. bat., de 2e lt. C. B. H. von Hombracht;
bij het 3e dep. bat., de 2e lt. H. G. Smagge;
bij het le rekr. bat., de le lt. G. C. Butin Bik;
bij het Subsistentenkader te Batavia, de le lt. S. H. Schutstal van
Woudenberg;
bij het Subsistentenkader te Semarang, detachement te Patjitan, de
le lt. G. A. F. Altmann;
bij het Subsistentenkader te Soerabaja, de le lt. A. Rijkens;
bij het gam. bat. van Sumatra's Westkust, detachement te Taroetoeng,
de kap. A. N. A. Pauli;
bij het garn. bat. van Palembang, de le It. adj. W. H. de Lussanet
de la Sablonière;
bij het garn. bat. van de Wester afd. v. Borneo, detachement te
Singkel, de kap. J. Utzmann;
bij het garn. bat. van de Zuider en Ooster afd. v. Borneo, de le lt.
G. A. Vries;
bij het garn. bat. van Amboina en Ternate, de kap. K. G. A. Muller,
en bij het detachement te Ternate, de kap. W. C. Sehreijner en H. J.
Marthes;
bij het garn. bat. van Atjeh en O., de kap. J. T. Wanjon en de le
It. A. Geertsema Beckeringh en A. C. van Altena;
bij het garn. bat. van Sumatra's Oostkust, de kap. J. Stam;
bij het garn. bat. van Lombok, de 2e lt. C. A. de Leau;
bij het Korps pupillen te Gomboug, de le lt. C. A. F. Beem;
bij het Strafdetachement te Ngawi, de kap. W. J. C. Creutz Lechleitner.
Cavalerie.
Bjj de esks. te Salatiga, de ritm. J. W. A. Tichler;
bij het rechterhalf 4e esk. te Atjeh, de ritm. Jhr. L. D. C. deLannoij.
