52 gerekend, dat de weg zóó zou zijn, dat men de pikolpaarden van hun munitiekistjes zoude dienen te ontdoen, welke munitie thans door de koelies moest worden vervoerd. Dientengevolge werden de bedieningsmanschappen der kanons en het dekk.ngsdetachement mariniers gedoemd het geschut zelf te dragen. Bij de laatste steile helling waren de mariniers en artillerieten dan ook zoo afgemat, dat de infanteristen moesten aanrukken, om eenige stukken den heuvel af te dragen. De uitstekende wijze, waarop door de officieren der artillerie en der mariniers op dezen tweedaagschen marsch over het gebergte was gehandeld, om de vele moeielijkheden en bezwaren te overwinnen, was dan ook oorzaak, dat de beide sectiën artillerie met verlies van een paard en zonder noemenswaardige schade in de vlakte dei Moekims konden worden in batterij gebracht. In den morgen van 18 Januari werd het stoffelijk overschot van luitenant Simmermacher en korporaal Looij met militaire honneurs ter aarde besteld op een nabij het bivouak gelegen heuveltje. Don7 H TV MhTSChiedeni8 °nderwierPe° ™h weldra de Hoofden der IY Moekims aan het Nederlandsch gezag. Breda, 27 September 1895. J' A' 7™*' kol.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 63