60 wapen veel gemakkeljjker dan vroeger door onderofficieren en trom petters aan te leeren. Elke vereenvoudiging in een vuurwapen, welke eene vermindering te weeg brengt in de samenstellende deelen, kan niet anders dan op prijs gesteld worden. Uit elkaar nemen en in elkaar zetten, onderhoud enz. leveren, voor zoover ik weet, geen stof tot opmerkingen. Bij de schietoefeningen vind ik, dat men het schieten te paard voor de cavalerie heeft afgeschaft. Zeker toch niet, omdat de cavalerist, als hij de revolver gebruikt, dit meestal te paard doet Juist omdat het revolverschieten te paard reeds vroeger al zoo weinig beoefend werd, hadden en hebben vele officieren, onderofficieren en trompetters, paarden, niet aan het schot gewend en moest men in den regel één kalm paard uitzoeken, dat dan bij het schieten afwis selend bestegen werd. Hoe het nu in de werkelijkheid moet toegaan, is mij niet duidelijk. Dient de cavalerist van het paard te stijgen, als hij zijn doel wil beschieten, dient hij het er op te wagen, er van door te gaan, als hij te paard blijft en schiet, of dient hij dan maar het doel te negeeren en de revolver rustig opgeborgen te laten. Nu ik geloof, dat elk flink cavalerist het er maar te paard op zal wagen, maar het beginsel: „wat men in vredestijd niet leert, kan men in den oorlog niet toepassen" blijft ook hier van kracht. vVat de reden van dit afschaffen is geweest, is mij niet bekend; ik heb er ten minste nergens wat over gelezen. Wel geloof ik, dat de vervaardiger van het reglement hierbij meer de toestanden bij veld- en berg-artillerie benevens infanterie op het oog heeft gehad dan die bij ons wapen, in zooverre dat eerstgenoemde wapensoorten de revolver meestal te voet zullen gebruikenwij niet. In 64 komt de zinsnede voor dat hij, die de eerste 5 oefeningen met hoogstens 36 patronen doorloopen heeft en in de 5e oefening 48 punten heeft behaald, scherpschutter wordt. Een toevoeging van de woorden, „na de geheele serie van 7 oefeningen doorloopen te hebben" is voor de duidelijkheid wenschelijk. Volgens de letter staat er nu, dat een scherpschutter alléén de eerste 5 oefeningen behoeft te doorloopen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 71