IETS NAAR AANLEIDING VAN NIL NOVI SLR SOLE I. 31, T. 1895 No. 11 DOOR R. "Wanneer men de vluchthoogten der banen van ons geweer aandachtig nagaat, ziet men, dat de achtereenvolgende verheffingen op eenzelfden afstand in banen, die met gelijke verschillen opklimmen, ongeveer een reeks vormen van den tweeden rang (1). Zoo zijn de vluchthoogten op 100 M. in de banen van 100, 200 enz. t/m 900 M. respectievelijk: 0, 43, 90, 144, 202, 266, 335, 410 en 498 cM. een reeks, waarvan de eerste term 0, het verschil tusschen den eersten en tweeden term 43 en het zoogenaamde tweede verschil ongeveer 5 is. Zijn de bovengenoemde vluchthoogten en dus ook hun verschil len bekend, dan kunnen daaruit de verschillen van alle andere vlucht hoogten worden afgeleid; want het verschil in verheffing op A Hectometer in twee banen is gelijk aan A maal het verschil in verheffing op 100 M. (2) Om met behulp hiervan de vluchthoogten zelve te kunnen bepalen, moet voor iederen afstand één verheffing bekend zijn, onverschillig in welke banen. Weet men b. v. de verheffing van 200 M. in de baan van 300 M., dan kan men alle vluchthoogten op 200 H. berekenen evenzoo op 300 M., wanneer men de verheffing weet van 300 M. in de baan van 400 H. enz. De verheffing op A Hectometer in de baan van A -f- 1 Hectometer is gelijk aan het verschil der verheffingen op den afstand A in de banen van A 1 en A Hectometer. B. v. de verheffing op 400 M. in de baan van 500 M. is 234 cM., die van 400 M. in de baan van (1) Een reekB Tan getallen, waarvan de opvolgende verschillen een rekenkunstige reeks vormen. Het tweede verschil van deze laatste reeks wordt het tweede verschil genoemd. (2) Op denzelfden afstand is verschil in verheffing verschil valhoogte ver schil in richting der aslpnen, gemeten in de richting der valhoogten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 90