161 - EP de totale lengte en DH de totale hoogtespreiding der springpunten. Alvorens verder te gaan, merken wij nog het navolgende op Uit tal van proeven is onweerlegbaar gebleken, dat de brandtijd der 8asringen afneemt, als de projectielen zich sneller voortbewegen, waaruit volgt, dat de projectielen, die met grootere snelheid worden weggeschoten, ook eerder zullen springen. Het springpunt van een projectiel, dat zich langs de baan BB. beweegt, zal dus niet in L liggen, maar op zekeren afstand rechts daarvan. Bovendien zullen in het algemeen de lichtste projectielen, de grootste aanvangsnel- heden verkrijgendoch de vertragende werking van dezen lucht- weerstand zal zich op deze projectielen ook weer sterker doen gevoelen, hetgeen tengevolge heeft, dat het punt L nog meer naar rechts wordt verplaatst. De vraag, in hoeverre een en ander elkaar compenseert, kan enkel door proeven worden uitgemaakt. In den Militairen Spectator, jaargang 1892, bladzijde 328 (1) deelt de kapitein der artillerie J. J Berkhout mede, dat „uit een groot „aantal schietproeven, zoowel door Krupp, als door de Nederlandsche „Commissie van Proefneming afgeleid mag worden, dat de spring- „afstanden onafhankelijk zijn van geringe verschillen in de snelheid, „waarmede het projectiel zich beweegt." Is dit juist, dan zal L met U samenvallen, en loopt de lijn der gemiddelde springpunten dus verticaal. Zijn wij echter wel ingelicht, dan is bij de schietproeven bij de Commissie van Proefneming in Nederlandsch Indië, juist het tegenovergestelde gebleken, en heeft men daar gevonden, dat de lijn L L een belangrijke afwjjking van den verticalen stand kan vertoonen vooral bij groote invalshoeken. Het zou trouwens al in hooge mate verwonderlijk zijn, als de verschillende besproken invloeden elkander volkomen compenseerden; dit is bijna niet aan te nemen. In het algemeen kunnen U en L niet samenvallende onderlinge afstand tusschen deze punten moge in de meeste gevallen gering zijn, gering genoeg om verwaarloosd te kunnen worden, doch dit neemt niet weg, dat er ook gevallen genoeg kunnen wezen, waarin het verschil zeer 1) „Iets over de springpunten der granaatkartetsen." J. J. Berkhout, kapitein der artillerie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 182