232 Id hooge mate wraakzuchtig, vooral in kwesties, het spel betref fende, ziet hij er volstrekt niet tegen op, als zijn drift is opgewekt, om zijn kris te trekken en zijn tegenpartij overhoop te steken. Het is een bekend feit, dat de Madurees nu juist niet zoo bijster veel om een menschenleven geeft. Het is daarom een goede maatregel, en die bij het 56 Bataljon wordt toegepast, om het bezit van kris of badé badé streng te ver bieden. Hoewel de vrouw ook hem zeer ter harte gaat, zoo zal hij toch door haar minder snel tot misdrijf komen dan door het spel. Zijn geestvermogens zijn vrij goed, doch weinig ontwikkeld, waar door de vorming van kader niet zoo gemakkelijk is; bovendien is het kader door de aangeboren eigenschappen, niet veel beter, ten minste voor het handhaven van orde en tucht in een compagnie, dan dat der andere Inlandsche landaarden, het Amboineesche kader natuurlijk uitgezonderd. Hoewel naar het uiterlijk te oordeelen gesloten van aard en in zich zelve gekeerd, blijkt toch spoedig bij meerderen omgang, dat de Madurees wel degelijk vatbaar is voor indrukken en zich tegen hem, dien hij vertrouwt, ruimschoots uit, welke eigenschap, bij tactvolle behandeling nuttig kan worden aangewend. Er behoort eohter een groote mate van omzichtigheid toe, om hen te behandelen, en hunne, vooral voor het militaire leven bepaald goede eigenschappen te ontwikkelen en aan te wenden. Een goed woord waar het verdiend wordt en het werken op het gevoel van eigenwaarde, dat zij wel degelijk bezitten, hebben meer invloed, dan men aan vankelijk zou vermoeden. Yan nature zeevaarder, dus meestal aan een vrije levenswijze gewoon, is het niet zoo eenvoudig, om van den Madurees een kalm en rustig garnizoen-soldaat te maken en de groote voorliefde, ten minste dit geldt voor velen, voor zeerooverij komt in het garnizoen in den vorm van straatroof weder te voorschijn. Gewoon als hij is om in het particuliere leven zich met eene kleine garderobe tevreden te stellen, en wel met hetgeen hij aan het lijf heeft, schijnen de jassen en broeken, die de „compagnie" geeft, hem zoodanig te bezwaren, dat het verkoopen van het hem overtollig toeschijnende hem zeer gepast voorkomt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 253