293 Waarschijnlijk om dezelfde redenen maakte men het den Europee- schen soldaat vrij moeielijb, om in Indië met paspoort af te gaan. Slechts dan als twee ter goeder naam bekend staande ingezetenen bij borgtocht verklaarden: „dat de gepasporteerde nimmer „ten laste „van het gouvernement zou komen en dat in geval van zijne nood zakelijke verpleging, in eenig hospitaal zij alle onkosten zouden „dragen", was het den militair vergund, zich als burger in Neder- landsch-Indië met der woon te vestigen. Op het artikel „munitie" was men buitengewoon karigelk vuur- geweerdragend soldaat ontving voor zijne gansche, jaarlijksche oefening slechts 30 scherpe geweerpatronen. 70 losse idem en 5 vuursteenen. Militaire promenades ten slotte mochten nimmer verder dan tot 9 paal buiten het garnizoen worden uitgestrekt. J. A. Vink, gepens. kol. Breda, 4 Augustus 1896.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 318