318 tergebleven: 5 bataljons, waaronder 1 marine-infanterie bataljon, 3 batterijen, 1 peloton Chasseurs, 2 compagniëen genietroepen en 2 trein compagnieën, waarvan 3400 man in Tananarivo en omstreken, 800 man negertroepen op den etappen weg naar Majunga en een half marine infie. baton, te Tamatawe. Het overige gedeelte der troepen werd weder te MajuDga ingescheept en bereikte eind Januari 1896 het Vaderland. XII Verliezen. Terugblik en beschouwingen over voorbereiding en verloop der expeditie. De expeditie heeft zware offers gekost. Van de 17500 combat tanten zijn minstens 3500 man aan koorts overleden, ongeveer 8000 man keerden ziek waaronder velen ongeneeslijk in het Vaderland terug; tegenover deze groote getallen komen de verliezen voor den vijand, in het geheel 24 dooden en 94 gewonden niet in aanmerking. Bij bovengenoemde getallen zijn niet de verliezen van den 7000 man sterken trein begrepen, en juist onder deze was het sterftecijfer verbazend groot. De kosten der expeditie hebben de daarvoor uitgetrokken som van 65 millioen franc aanmerkelijk overschreden, zoodat bovendien een krediet van 18 millioen aangevraagd moest worden, om ze te dekken. De slechte voorbereiding van de expeditie bracht in Frankrijk de hevigste verontwaardiging teweegheftig werden de leiders der onderneming in de verschillende dagbladen aangegrepen en men vor derde dat de verantwoordelijke personen rekenschap zouden afleggen van hunne handelingen. Al zijn de voorstellingen van en de klachten over de moeielijk- heden en het lijden der troepen eenigszins overdreven, men is toch gedwongen te erkennen, dat de verkeerde voorbereiding der expeditie werkelijk de oorzaak is geweest van het groote verlies aan tijd en manschappen. Reeds lang bestond het plan tot het zenden van eene expeditie; Fransche beambten bevonden zich te Tananarivo en op andere plaatsen, Fransche officieren en reizigers hadden het eiland doorkruist en kenden de wegen en het klimaat, terwijl de marine bekend was met de kusten. En ofschoon men dit wist en volop den tijd had de noodige

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 343