342 dat, niettegenstaande de geringe eindsnelheid van het projectiel, de kogels voldoende doorslagkracht behielden, want bij het springen verkregen die kogels een vrij aanzienlijke vermeerdering in voort gaande snelheid, doordat de springlading, die zich nabij den bodem der bus bevond (spiegelgranaatkartets) de kogels, na het afslaan van den gietijzeren kop der Gr. Kmet kracht naar voren dreef. Doch tegenover dit voordeel bij enkele ladingen stond het zeer ernstige nadeel bij alle ladingen, dat de stalen bus terug werd geslingerd, Zij kreeg bij het springen een achterwaartsche snelheid van on geveer 125 M. Was deze grooter dan de voortgaande snelheid in het springpunt en dit was het geval bij lading no. 1 vurende onder 15° dan moest de bus na het springen terugkomen met een snelheid gelijk aan het verschil van evengenoemde snelheden. Dat terugkomen der bussen vormde een groot bezwaar, want het voorterrein werd daardoor voor eigen troepen onveilig gemaakt, terwijl de mogelijkheid niet was uitgesloten, dat den Atjeher, wien men eenige technische vaardigheid in het samenstellen van projectielen niet kan ontzeggen, bij het verlaten van het gevechtsterrein, daartoe een geschikt materiaal in handen werd gelaten. Bij de vervaardiging der schootstafelen meende men dat de bussen in hoofdzaak naar links werden teruggeworpen, als gevolg waarvan in den leidraad voor het schieten met den 7om A. Mortier eenige gegevens, gebaseerd op proef nemingen, werden opgenomen betreffende het gedeelte van het terrein, hetwelk door de bussen onveilig werd gemaakt. Later bleek evenwel, dat ouder sommige omstandigheden de bussen van in den eersten boog springende Gr. K. ook recht achteruit en rechts van de rooilijn konden terugkomen. Het gebruik van den mortier werd daardoor nog meer aan banden gelegd. Ook voor de eigen bedieningen bleek het terugkomen der bussen niet zonder gevaar en wel bij ontijdig springen van het projectiel, waaraan men bij Gr. K. altijd blijft blootgesteld. Nog duizende opzettelijke waarnemingen zouden noodig zijn om de gegevens te verzamelen betreffende het meergenoemd terugkomen der bussen bij de verschillende ladingen en elevatiën, en toch zouden die gege vens niet afdoende zijn, want voor een Q-. K. die eerst springt na in den

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 367