374 waarvan tnen grootere en betere producten verkrijgt dan van de geheel wilde stoeterijen. Aanvankelijk ook vreesachtig en moeilijk te behandelen zjjnde, gewennen zij vrij spoedig aan den mensch en vormen dan sobere, sterke, onvermoeide paarden, bij uitstek geschikt als soldatenpaard. De tamme stoeterijen komen echter het meeste voor, daar men niet overal terreinen disponibel heeft, als benoodigd bij de boven bespro ken stoeterijen. Hierin staan de paarden steeds onder toezicht van den mensch, zoowel op stal als in de weide. De hengsten worden op stal verzorgd, terwijl de merriën met hunne veulens een gedeelte van den dag in de weide doorbrengen. Bij het kiezen van de stand-plaats eener stoeterij is het van groot belaDg over vlakke en vruchtbare weiden te kunnen beschikken voor de veulen-merriën en over heuvelachtig terrein, zelfs bergachtige grasvlakten voor de oudere veulens, hengsten enz. In ieder geval moet er een voldoend aantal groote weiden aanwezig zijn, afzonderlijk voor drachtige merriën, veulen-merriën en niet drachtige merriën verder drijfplaatsen en weiden voor de veulens van verschillende leeftijd en kunne, alsook voor de hengsten. De uitgestrektheid der weiden moet afhankelijk gesteld worden van hunne vruchtbaarheid, den aard van den bodem en het soort paarden, hetwelk men wil fokken. Ten slotte moet men in de stoeterijen alles aantreffen, wat benoodigd is voor de opvoeding der veulens in verband met hunne bestemming. Een andere verdeeling der stoeterijen is die in stoeterijen tot fokken van allerlei soort paarden, stoeterijen tot veredeling van het paardenras en ten slotte stoeterijen tot oplossing van vraagstukken op het gebied van fokkerij, zoogenaamde proef-stoeterijen. Hengsten depóts zijn inrichtingen, waarin een zeker aantal hengsten door den Staat wordt onderhouden, uitsluitend tot het dekken van merriën toebehoorende aan particulieren. De hengsten-depöts hebben ten doel den paardenfokkers goede stamvaders te fourneeren, niet alleen in den omtrek, doch in alle streken, waar men zich met paardenfokkerij onledig houdt. Bij het begin van den dektijd worden deze hengsten over de verschillende stations verdeeld en keeren

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 399