- 420 b Wij missen een behoorlijk georganiseerd transportwezentenge volge daarvan moeten wij onze operatiën steeds staken, zoodra wij slechts weinige dagen landwaarts zijn ingerukt. c Ook onze legerorganisatie houdt geen voldoende rekening met den inlandschen vijand en hinkt te veel op twee gedachten, den inlandschen- en den europeeschen vijand. d Onze generale staf beschikt niet over een korps inlandsche gidsen en tolken, die zich in de landen onzer eventueele tegenstanders ge gevens zouden kunnen eigen maken, welke wij thans bij de meeste onzer expeditiën noode ontberen moeten. e Er worden noch groote manoeuvres, noch kader-oefeningen, noch staf-en oefeningsreizen gehouden. Niet alleen de troepen-officieren, maar voornamelijk de staven en diensten ontbreekt daardoor elke gelegenheid om zich op het gebied van bevelvoering, bevelsuitvaardiging, verpleging enz. voor te be reiden voor de taak, die hen te velde wacht. f Het leger is niet in de gelegenheid om te profiteeren van de ondervinding, bij onze expeditiën opgedaan. Zonder dat het noodig is mede te deelen, dat de overste A op den zooveelsten bij B door het begaan van deze of die fout oorzaak was van den min gunstigen uitslag, kan men in algemeenen zin, hetzij in gedrukte „Memoriën, Rapporten en Verslagen 1)", hetzij in aan schrijvingen aan de korpscommandanten om bij oefeningen op de kaart of in het terrein te behandelen, tal van tactische wenken geven, welke uit de critische beschouwing der expeditiën voortvloeien. Tarchus. NAWOORD. Dat ook Europeesche schrijvers niet allen één normaal-tactiek en strategie voor alle omstandigheden prediken, moge blijken uit de twee volgende citaten, getrokken uit de bespreking van het werk van Freih. von der Goltz „Kriegführung. Kurze Lehre ihrer wichtigsten Grundsatse und Formen," in de vierde aflevering van het Beiheft zum Militar Wochenblatt van 1896 voorkomende. 1) Ook voor tal van andere zaken zou een dergelijk in Nederland bestaand offi- oieel werk in Indië gewensclit zjjn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 445