36 lottige gebeurtenieseD (1), veroorzaakt door het vloeibare nitrogly cerine, dat het gevaarlijke springmiddel algemeen werd afgekeurd en door het volk werd beschouwd als een geheimzinnige en helsche stof. Zweden, België en Engeland (in 1869) verboden het gebruik er van geheelde pogingen van Nobel schenen te zullen mislukken. Om het nitroglycerine minder gevaarlijk te maken bij het transport en de oplegging, stelde Nobel voor het op te lossen in een tweemaal grooter volume van methylalcohol, waardoor eene onontplofbare vloeistof werd verkregen. Moest het nitroglycerine gebruikt worden dan kon men het gemakkelijk scheiden van den alcoholmen had het mengsel slechts in water te doen en te roeren. De nitroglycerine bezonk dan en men kon het verzamelen door den alcohol en het water, die aan de oppervlakte dreven, af te gieten. Door deze bewerking verloor men eene zekere hoeveelheid nitro glycerine; het was bovendien lastig, vooral bij het vullen van mijn- gaten, en eindelijk was de aangeboden zekerheid in zooverre slechts denkbeeldig, dat de alcohol, zeer vluchtig zijrde, gemakkelijk kon verdampen, zoodra de houder, waarin het mergsel besloten was, niet hermetisch gesloten was. (2) Dank zij de energie en den scheppenden geest van Nobel werd deze bewerking weldra als nutteloos ter zijde gesteld; in 1867 ver vaardigde deze scheikundige eindelijk het dynamiet, dat is eene plas tische massa, bestaande uit nitroglycerine, geabsorbeerd in eene andere stof. (1) Ken aantal, om niet te zeggen alle ongelukken, veroorzaakt door het nitrogly cerine, hadden kunnen worden voorkomen, als men deze stof niet in metaalharde houders bad vervoerd. Men bedacht in dien tjjd niet, welk een gevaar deze wpze van transport opleverde. Gevaarlpk was ook het algemeen heerschende begrip, dat deze springstof in bevroren toestand gevoeliger zou zgn dan in vloeibaren. Toen echter in den winter van 1867 op 1868 eene hoeveelheid nitroglycerine bp toeval in de sneeuw viel en niet sprong, zag M. G. M. Mowbray, destijds de grootste nitroglycerl- nefabrikant van Amerika, het verkeerde van deze meening in en verzond van dien tjjd af het nitroglyoerine altj'd in bevroren toestend. Het bovengenoemde dwaalbe- grip handhaafde zich echter nog lang. (2) Nobel heeft ook voorgesteld de nitroglycerine op te lofsen in eene soort teer- achtige olie (de helft van zijn gewicht). Bp gebruik moesten 150 deelen van dit meng sel in aanraking worden gebraoht met 100 deelen oliezuur, dat de olie oploste en het nitroglycerine vrij maakte tE. O. 5252, 28485).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 53