115
Fig. 12 stelt de ligging voor van drie vijandelijke versterkingen
Kota Toewankoe, Kota Hagoe en Kota Baroe op het gevechtsterrein
van Juli 1889 nabij Kota Pohama.
Fig 18 stelt den plattegrond voor der in fig. 12 aangegeven
vijandelijke versterking Kota Bavoe bij onze versterking Kota
Pohama.
De facen en traversen waren van blokzoden opgeworpen en hadden
loodrechte taluds.
Fig 14 stelt den plattegrond voor der in fig. 12 aangegeven vijan
delijke versterking Kota Toewankoe in Juli 1889.
De wallen waren 3^ tot 4 M. hoog. De pagar bestond gedeel
telijk uit levend hout met gekapte bamboe-doeri doorwerkt en door
telephoondraad aaneengebonden.
De regelmatigheid der lijnen kwam in de werkelijkheid niet voor.
In de versterking stonden 2 vuurmonden in batterij.
Yan de op fig. 12 aangegeven vijandelijke versterking Kota Hagoe
waren de wallen ongeveer 1} a 2 M. hoog
De fig. 15, 16 en 17 stellen drie vijandelijke benting's voor bij
Trieëng (Segli) den 31en October 1892 door onze troepen veroverd.
Fig. 18 stelt voor het plan van Kaloet, 10 Augustus 1893 door
den vijand ontruimd, fig. 19 het plan van de ten zuiden daarvan
gelegen vijandelijke benting Tjot Bagaroet, die eenige dagen later
in onze handen viel. Fig. 20 geeft eene voorstelling van de in het
zelfde jaar in onze handen gevallen vijandelijke versterking bij Oleh
Tjoet, genaamd Kota Habib; terwijl de fig. 21, 22, 23, 24 en 25
de vijandelijke bentings te Toengkoep aangeven, die den 22en Sep-
ember 1893 ontruimd werden.
Het klimaat is heltig en wispelturig en voor ons ongunstig. De
temperatuursveranderingen zijn groot, de weersgesteldheid is zeer onge
stadig. Ondragelijke hitte wordt dikwijls afgewisseld door hevige en
kille valwinden en plotseling opkomende regenbuien. Koude nachten
vervangen de brandende warmte van den dag, onverwachts opkomende
stormen, regens en overstroomingen de drukkende kalmte van een
rustigen atmospheer. Bandjir's doen zich niet zelden voor. De
vele lagunes en moerassen in Groot-Atjeh oefenen een onmiskenbaren