DE POLITIEK VAN DEN OORLOG IN ATJEH.
DOOR
W. C. NIEUWENHUIJZEN,
Voormalig Chef van den staf bij de troepenmacht in
Atjeh en Onderhoorigheden.
I.
Bronnen.
1. E. B. Kielstra, Sumatra's-Westkust van 1S19 1850, Tijdschrift
van het Kon. Instituut voor taal-, land- en volkenkunde van Ned.-Indië,
1887, 1888, 1889, 1890, 1891, 1892.
2. H. M. Lange, Het Ned. O. I. leger ter Westkust van Sumatra,
2 din., tweede druk, 's-Hertogenbosch, 1851.
3. J. van Swieten, De agressieve politiek in Atjeh, Tijdschrift voor
Ned.-Indië, 1878.
4. J. van Swieten, De waarheid omtrent onze vestiging in Atjeh,
Zalt-Bommel, 1879.
5. J. van Swieten, De Luitenant-Generaal J. van Swieten contra den
Luitenant-Generaal G. M. Verspijck, Zalt-Bommel, 1880.
6. H. A. A. Niclou, Naar aanleiding van eene bijdrage tot de kennis
der geschiedenis van de tweede Atjehsche expeditie, Indisch Militair
Tijdschrift 1881.
7. H. P. Meijer, Atjeh van 26 December 1875 tot 4 September 1876,
Breda, 1883.
8. P. Pompe van Meerdervoort, Critiek op No. 7, Militair Blad, 1883.
9. Laging Tobias, Onze tegenwoordige politiek in Atjeh en hare ge
volgen, De Gids, 1886.
10. Brutus, Atjehsche Omtrekken, 's-Gravenhage, 1887.
11. I. I. W. E. Verstege, De vestiging der Romeinsche heerschappij
in Africa, Verslagen der Vereeniging tot beoefening der krijgswetenschap,
1887—1888.
12. Dr. O. Snouck Hurgronje, De beteekenïs van den Islam voor
zijne belijders in Oost-Indië, Leiden 1883.
13. Blunt, De toekomst van den Islam, Tijdschrift voor Ned.-Indië,
1885, 1886.
14. Dr. C. Snouck Hurgronje, De Atjèhers, 2 dln,, Batavia, 1893, 1894.
Dl. III, 1897. 1
