122 welke wijze de toepassing dier oefeningen zooveel mogelijk vrucht dragend kan worden gemaakt. Deze oefening dient zoowel tot voorbe reiding van de sectiecommandanten (S. Cn.) als van den batterijcomman dant (B. C.). Indien de B. C. deze oefening met zijne officieren houdt dan is er geen algemeene leider, die de uitkomsten der schoten opgeeft doch men kan zich daartoe weder eenvoudig behelpen met den hier boven besproken dobbelsteen. Yoor zooverre dit mogelijk is, kunnen nu enkele verrichtingen van de S. Cn. in de batterij worden be oefend. Ieder S. C. voorziet zich daartoe van een aanteekenboekje, een opzet en een quadrant. Omtrent de aanteekenboekjes zij op gemerkt, dat het wenschelijk is, dat bij de S. Cn. zoowel als bij de B. Cn. onderling volstrekte overeenkomst bestaat. De boekjes dienen voorts zoodanig (met kolommen) te zijn ingericht, dat men zoo min mogelijk behoeft te schrijven. Zoo behoeft b. v. de S. C. alleen aan te teekenen, de gebezigde O. H., T. c. q. buitengewone zijde- liugsche correctie, hoe de schoten bij zijn stukken ten opzichte van de rooilijn vallen en den gefingeerden terreinhoek. De B. C. daaren tegen teekent achter de Nos. der stukken bovendien nog aan het vallen der schoten en de lengte ten opzichte van het doel, (-{-, of da springhoogten der GL K. en den terreinhoek, voor het geval de richting met het quadrant is bevolen. Ditzelfde doen de vuurleiders bij eene sectie. Om bij de verschillende oefeningen niet te veel in de handen te hebben, verdient het aanbeveling, dat de officieren de bestaande schootstafels niet bezigen, maar dat ze alle daaruit wenschelijke aan- teekeningen in hunne zakboekjes opnemen. Indien nu ieder voor zien is van de hierboven aangegeven benoodigdheden, kan de oefening aanvangen. De B. C. doet daartoe het Co. voor het eerste schot, welk Co. evenals alle andere Cos., die volgens de Leidraad daartoe in de termen vallen, door de S. Cn. wordt herhaald. De aanteekening van de O. H. geschiedt echter niet, vóór dat het stuk is afgevuurd (Co. vuur) en die van de T., vóór dat de G. K. wordt verondersteld te zijn ingebracht (Co.laadt). Dit dient tot het voorkomen van doorhalingen in de eens opgenomen getallen. Een enkele maal wordt voor oefening door de S. Cn. tegelijk met het doen der Cos., het quadrant op de vereischte E. en c. q. terreinhoek gesteld.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 133