126
Het herhaald werken met den afstandnieter GautliiQT is ook een
uitmuntend middel bij het schatten van afstanden. Jammer dat dit
instrument niet tot de uitrusting der batterijen behoort, daar het in
zeer vele gevallen van nut zoude kunnen zijn. Nu behoort het wel
bij de vesting-artillerie thuis, doch in hoevele gevallen doet onze
bereden artillerie niet den dienst van vesting- en belegerings-artil
lerie? Een actief artillerie-commandant kan zorgen bij het in
stelling komen zóóveel voorsprong op zijne stukken te krijgen, dat
hij in vele gevallen den afstand tot het doel met den afstandmeter
kan hebben opgenomen. Op kleine en middelbare afstanden vurende
in een terrein, waarin alle waarnemingen mislukken, zal dikwijls de
afstandmeter het eenige middel zijn, dat ons ten dienste staat bij
het bepalen der O. H.
Yerder dient ieder bereden officier zijn paard in zoodanig tempo
in te rijden, dat hij door raadpleging van den tijd, die hij in eenigen
gang heeft afgelegd (bij voorkeur draf) kan nagaan hoe groot de
doorloopen afstand is. Bij eenige oefening maakt men hierin op
de paal geen grootere fout dan 100 M. Door nu van eenig terrein-
voorwerp af te draven en b. v. iedere 100M. om te zien, krijgt
men wederom een beeld van de doorloopen afstanden.
Nu heb ik wel eens hooren beweren, dat men er eigenlijk niets
aan heeft of men goed kan schatten en deze kunst ons hoogstens een
paar projectielen bij het inschieten uitwint, maar zij die zoo rede
neeren vergeten, of liever gezegd hebben het nooit bijgewoond, hoe
soms de toestand van het terrein zoodanig kan zijn, dat zelfs op
kleine afstanden de waarnemingen kunnen mislukken en men zich
dan moet behelpen met een zekeren strook gronds op den geschatten
afstand onveilig te maken. Ik geloof, dat hij die het beste schat,
in dat geval dan ook wel de minste projectielen zal vermorsen.
Ook bij het vuren op bewegende doelen, vooral indien men met
ééne sectie vuurt, schiet er veelal niets anders over dan op den
geschatten afstand het vuur te openen en met verdere schattingen,
naarmate de projectielen vallen en het doel zich beweegt, voort te
gaan. De leDgtespreiding der springpunten wordt dan in zoodanig
geval onze bondgenoot.
Ten slotte ziet men nog wel eens in tijdschriften allerlei hulp-
