"V -A. 3R, I
Een triomf voor de kookscholen.
Wij hebben medegedeeld, dat aan de Amsterdamsdie Huishoudschool
cursussen werden gehouden voor scheepskoks bij de marine en voor
koks bij het leger, en ook dat Mej. Meijboom, de directrice dezer school,
aan de keukens in de kazerne van het regiment grenadiers en jagers
een bezoek had gebracht. Thans blijkt uit een onderhoud, dat een
redacteur van het Alg. Handelsblad met Mej. Meijboom had, welken
invloed hare bemoeiingen voor de voeding van den soldaat gehad hebben.
Sedert 1 November 1896 krijgen de soldaten 's morgens boter bij hun
brood, en dit is te danken aan mej. Meijboom.
Ziehier wat zij daaromtrent aan haren interviewer meedeelde:
Er werd in de kazernes erg geklaagd over de voeding van soldaten en
onderofficieren. In de Tweede Kamer is voor een jaar de vraag gedaan,
of men niet den soldaten 's morgens op hun brood boter kon geven,
waarop door den minister werd geantwoord, dat dit schatten geld zou
kosten. Ik heb hier toen met de intendance uitgerekend, of de soldaat,
met behoud van voldoende voeding, de boter toch zou kunnen krijgen
en wij kwamen tot de slotsom, dat het zeer wel mogelijk was.
Het gevolg is geweest, dat sedert 1 November jl. de soldaten overal
in het land 's morgens boter op hun brood krijgen.
En echte boter; want van margarine wilde men aan Oorlog niets weten.
Het was mij gebleken, dat de militairen bij hun eten te veel vet
kregen. Bovendien werd het vleesch vroeger in de soep gekookt; thans
wordt dit slechts met een gedeelte gedaan en het overige 's middags
gebraden, zoodat de soldaat nu ook jus bij zijn eten krijgt, wat vroeger
nooit het geval was.
Aardappelen werden er in veel te groote hoeveelheden gegeven; in
gestoofden pot krijgen de soldaten nu aardappelen en rijst, wat een veel
degelijker voedsel is en hun beter bevalt.
Daarbij komt, dat de aardappelen vroeger veel te dik geschild werden
en er dus te veel werd weggegooid; de groenten werden onoordeelkundig
behandeld; het brood was niet goed verdeeld. Thans krijgen de soldaten
geen stukken kommies meer, maar door de intendance in den Haag uit-