160 16. De kris bahari, een dolk, die slechts door zeer aanzienlijke hoofden, aanverwanten van den sultan en hoofdzakelijk in Pedir wordt gedragen. 17. De kapak of lans. Tot de wapening behooren ook de Atjehsche schilden. De Nos. 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10 zijn eigenlijk als variëteiten van den klewang te beschouwen. De hierbij gevoegde afbeeldingen geven de blanke wapens te zien, die in onze handen zijn geweest. (1) De beste wapensmederijen vindt men in Pedir en in Groot-Atjeh in de XXYI moekim's. In een land als Atjeh, waar reeds vóór onze komst herhaaldelijk oorlog werd gevoerd, zijn vuurwapenen een zeer gewild artikel, waarop, met het buskruit en het opium het meest kan worden ver diend. De invoer daarvan was zelfs onmisbaar voor het sluiten van voordeelige handelstransactiën, het verkrijgen van handelsbuit; want om eene lading peper of pinang machtig te worden, moest de schipper of de supercarga vaak door het leveren van geweren en munitie den Atjehschen debiteur in staat stellen, zich met geweld van het ge- wenschte product meester te maken of het tegen de roofzucht van anderen te verdedigen. Zoo werden burgerkrijg en handel onderling gevoed en het waren vooral de aan de riviermonden wonende hoofden en vreemde kooplieden (Chineezen, Klingaleezen, enz.), die van dezen toestand het meeste voordeel trokken. Yoor de meer binnenslands gelegen plaatsen of die, welke, hoewel aan de kust gelegen, tenge volge van hevige branding, geene gelegenheid tot laden en lossen hadden, waren de winsten niet zoo groot. Yandaar een voortdurende strijd om het bezit van havenplaatsen en het streven van den bezitter om door het sluiten van huwelijken of bondgenootschappen in de in het binnenland gelegen streken vermeerdering van afvoer van pro ducten naar zijn gebied te verkrijgen. Geen wonder, dat de Atjeher hoog ingenomen is met vuurwapenen en dat hij aan het bezit daarvan veel waarde hecht. Geweren en munitie zijn artikelen, die voor Atjehsche hoofden meer waarde hebben dan (1 Zie de hierbij gevoegde plaat.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 171