174 worden. Hoewel enkele groote rivieren ook aan hare monding verzand zijn, zijn deze toch over eene aanzienlijke lengte bevaarbaar De grootste rivieren zijn Aan de Westkustde Kroeëng Sabil, de Tenom-, Wailah-, Mela- boeh-, Senagan-, Tripah- en Kloewatrivieren. Aan de Noord- en de Oostkust, de Kroëng Bateh, Kroeëng Beng- galang, de Kroeëng Pedir, de Koewala Segli, de rivier van Ajer Leboe; de rivier van Eodjoeng, welke tevens de afwatering eener uitge strekte lagune is, die IaDgs het strand loopt en slechts door eene smalle zandstrook van de zee is gescheidendeze lagune, die tevens het water opneemt van twee riviertjes, is doorsneden van verscheidene bevaarbare kanalenhet grootste strekt zich westwaarts langs het strand uit en is zelfs tot een afstand van 11 /2 uur roeiens van de monding voor kleine schoeners bevaarbaar; een ander kanaal is voor sloepen tot Ajer Leboe bevaarbaar (smokkelterrein); de rivieren van Panteh Radja, Merdoe, Samalangan en Pasangan (met de Koewala Djangka en de Kroeëng Pandjoi) de Koewala Maneh, door een niet onaanzienlijk kanaal, dat bijna evenwijdig aan de strandlijn loopt, met de Kroeëng Pandjoi, de Pasanganrivier en de Koewala Djangka verbonden (smokkel terrein); De Kroeëng Boengkas, de Kroeëng Koekoes, de Kroeëng Mamplam (bij Teloq Semaweh) en de Kroeëng Merasa; deze rivieren zijn met elkander verbonden door een vaarwater, dat ongeveer evenwijdig met de strandlijn loopt (smokkelterrein) de Paseirivier en de rivier van Kertih de Djamboe Ajer, (1) de Koewala Bëkas, de Koewala Roesa, de Koewala Belas en de Simpang Olimrivier; al deze rivieren zijn door kanalen en kreeken met elkander verbonden (smokkelterrein) de Arakoepdoer-, de Djolok-, de Perlak-, de Laogsar- en Madja- pahitrivieren. Voor den handel zijn de Noord- en Oostkust veel gunstiger gelegen dan de Westkust. De reeden en ankerplaatsen zijn in de Onderhoorigheden talrijk, (1) Volgen» sommigen Djamboer Baija.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 185