177 Yan Pasangan en Teloq Semaweh gaan voetpaden naar de Gajoe- landen. Yan het zeehoofd te Teloq Semaweh is een verharde weg aan gelegd, ongeveer 20 minuten lang en 3 M. breed, naar de plaats onzer vroegere versterking. Van Kertih gaat een pad naar de Gajoelanden. In Simpang Olim, Tandjong Semantoh, Merban en Djolok vindt men eenige wegen, zooals van Djolok Besar naar Boeging en van Djolok Besar over Tandjong Semantoh en Arakoendoer naar Teloq Fibong. Yan Arakoendoer loopt een weg naar Belang Ni. Yan Boeging loopt een pad naar Bagoh en van hier een voetpad langs het strand naar Edi Tjoet. Yan Edi Tjoet gaat een door ons aangelegde en onderhouden zandweg naar Edi of Edi Raijoet. In den omtrek der hoofdplaats Edi vindt men verschillende door ons aangelegde zandwegen. De voornaamste is, oostwaarts gaande, die van Edi naar Pedawa Besar. Yan hier gaat een voetpad naar de kedei van Perlak en van hier een vrij goede weg naar Djingki. Van Perlak loopt een pad naar de Gajoelanden. Voorts vindt men eenige paden in Langsar. Het klimaat, de moesson's en de heerschende winden zijn bijna dezelfde als die van Groot-Atjeh. Gedurende zekere gedeelten van het jaar heerschen bepaalde passaatwinden. Yan den oostmoesson, die van half December tot April heerscht, bemerkt men ter "West kust weinig door het Barisangebergte, dat haar tegen den oostelijken wind beschermt. De moessons hebben in Atjeh geen geregelden invloed op de afwisseling van droogte en regen, daar het vaak in den oostmoesson dagen achtereen regent en omgekeerd in den west moesson dagen achtereen droog kan blijven. Het klimaat verschilt natuurlijk een weinig op sommige plaatsen aan de kust en in het binnenland. Gezond is het er over het algemeen althans voor onze troepenmacht niet. De ongezondste tijd heeft men gedurende de kenteringmaanden. Yoor zoover de bevolking der Onderhoorigheden uit Atjehers bestaat, draagt zij eenige kleine verschillen uitgezonderd dezelfde

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 188