185
vergeleken, zéér spaarzaam. Yoor geld kan men van den Atjeher
veel, maar toch nog niet alles gedaan krijgen. Kafirhaat en vrees
voor wraak zijn het, die tot dusver slechts zeer weinig goede
spionnen voor onze belaogen deden werkzaam zijn.
De geldzucht is de tweede hoofdondeugd van den Atjeher; doch
men vergete niet, dat in Atjeh macht zonder geld onbestaanbaar
is. Ieder hoofd denkt: „als mijne kist ledig is, is het met mijne
macht gedaan.'"' Toch is in Atjeh geld alleen niet de hoogste
macht. Hier geldt nog steeds het beginsel, hoe ook door de anarchie
gekortwiekt, dat zij alleen gezag kunnen uitoefenen, die daartoe
door rang en geboorte recht hebben. Dit maakt, dat er ook velen
zjjn, bij wie eerzucht de geldzucht overtreft en die niet ongevoelig
zijn voor onderscheidingen.
Met al zijne ondeugden en zijne „demoralisatie" zit er in den
Atjeher eene goede stof voor een landsverdediger. Zijn harduekkig,
taai verzet bewijst het.
Het volk is in stammen of kaoem's verdeeld. Het aantal stammen
bedraagt 4. Men beweert, dat de kaoem nog altijd in engeren zin
als familie wordt opgevat en dat zij, die tot eenzelfden stam behooren,
onder een familiehoofd of p eng lima kaoem staan. Het is echter een
feit, dat men verscheidene Atjehers aantreft, die niet weten tot welken
kaoem zij behooren. Volgens sommigen moeten echter de kaoem's
tot den huidigen dag den grondslag der Atjehscbe maatschappij vor
men, omdat volgens hen geene duurzame beslechting van geschillen
mogelijk is, indien de hoofden en oudsten der kaoem's niet gehoord
zijn of tot de beslissing hebben medegewerkt, en bij onderlinge
onlusten of ernstige processen of gerechtelijke geschillen, ieder Atjeher
zich bij zijn kaoem schaart, daarbij alle familierelatie vergetende.
Is dit zoo, dan moet het betreurd worden, dat er onzerzijds, voor
zoover mij bekend, tot heden niets werd gedaan om voor de beves
tiging van ons gezag van de geschillen cusschen de kaoem's partij
te trekken.
Tijdens het sultanaat ontstonden vaak bloedige quaestiën tusschen
de kaoem's en gedurende dergelijke onlusten worden tusschen
verschillende stammen geene huwelijken gesloten doch ofschoon