212
scheenbeen-, kuit- en voetspieren
alle in werking.
De armen worden gestrekt met
gesloten vuist vlug en krachtig
voor- en achterwaarts geslingerd
terwijl de romp de beweging volgt.
Niet alleen arm- en schouderspieren
doch ook die van buik en rug
deelen hierbij in de beweging.
De armen slingeren hier zijdelings
heen en weer, anders dezelfde be
weging als 21. Het bovenlijf buigt
een weinig voorover.
Deze beweging dient tot ver
sterking der rugspieren.
Bij de bewegingen, waarbij de armen niet gebruikt worden, worden
de handen in de zijde geplaatst, de duim naar achteren, de 4 ge
sloten vingers naar voren; de ellebogen naar achteren getrokken en
de borst zooveel mogelijk uitgezet.
Deze oefeningen vervolledigen dus het onderwijs in de recruten-
school le afdeeling, le artikel, le alinea; namelijk de houding van
den soldaat zonder geweer.
Mogen de besproken zaken aanleiding geven tot meerdere beoefe
ning van de gymnastiek, dan zal dit in alle oprichten tot voordeel
van het leger zijn.
A. B.
21
Armslingeren
naar voren en
achteren.
22
Armslingeren
overdwars.
30-60-100
malen heen
en weer.
30-60-100
malen.