239 Zijne tegenwoordigheid was een vereischte voor de wettigheid der zittingen van dit gerechtshof. Gold het een belangrijk rechtsgeding of hoekoeman besar, dan moesten alle leden zitting nemen. In minder ernstige zaken was het voldoende, dat de kadli of voorzitter alleen als rechter optrad. In zoodanig geval werden hem toch eenige schrift geleerden of fakih toegevoegd. De strafvonnissen van dit gerechtshof werden door een panglima sultan uitgevoerd. De boeten werden onder de leden vérdeeld. Van dit geïdealiseerde opperste gerechtshof be stond volgens Dr. Snouck Hurgronje niet meer dan de legende. De wereldlijke rechtspraak, die in handen van de adat- hoofden berustte, was in Atjeh hoofdzakelijk op de adat of gewoonterecht (1) gebaseerd. De geestelijke rechtspraak in handen van den kadli moetende berus ten, was van de wereldlijke gescheiden en op de hoekom of godsdienstige wet gebaseerd (2). Voor geschillen, die volgens den Islam meer op godsdienstig terrein te huis behoorden, had een der sultan's een oélama als afzonderlijken rechter aangesteld, die volgens sommigen kadli radja werd genoemd, omdat oorspronkelijk de sultan alleen de bevoegd heid zoude hebben gehad, dezen rechter te benoemen. Behalve in het 8ultansgebied vond men in elke sagi een hoofd- kadli of kadli- radjain de XXVI moekim's waren er 2. Deze kadli's werden kadli rdbon djalégenoemd. In de organisatie van het rechtswezen onder het sultanaat is wel eenige orde en regelmaat te bespeuren, die, ware zij algemeen toe gepast en streng gehandhaafd kunnen worden, paal en perk had kunnen stellen aan de tuchteloosheid van het volkdoch met de eigenaardige toestanden in Atjeh en het verval van het sultanaat werd de beschreven rechtsregeling zóó slecht toegepast, dat goed recht bijna nooit werd verschaft en het indienen eener klacht voor den kleinen man zelfs gevaarlijk was, wanneer hem door een der hoofden onrecht was aangedaan. De rechters werden niet zelden door eigenbelang en de zucht om zich ten koste van den kleinen man te verrijken beheerscht. Ge- (1) Beter oude landreoht. (2) Zoodanige geestelijke rechtbank was aanvankelijk de door den Sultan ingestel de balei meuhaJcamah met den bekenden Habib Abdoel R ach man al Zafr als hoofd, die eindelijk nagenoeg alle andere zaken tot zich trok.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 250