290 ze van voldoend drijfvermogen waren, dat het opblazen te lastig was en te veel tijdverlies veroorzaakte. Daarbij komt, dat caoutchouc niet lang opgelegd kan worden zonder te bedervenin handen van den man wordt de caoutchouc zak spoedig bros en ook deze voegt een niet onbelangrijk gewicht toe aan de reeds zware bepakking van het troepenpaard. ad 2°. Het beste voldeed de uitvinding van den kapitein Bekessy n. 1. de waterdichte mondzak. Deze was handig in het gebruik, vermeerderde de bepakking weinig of niet, daar de gewone mondzak verviel, maar men merkte op dat deze mondzak het meest tot zijn recht zou komen bij het overzetten van niet al te groote afdeelingen cavalerie. Bij grootere afdeelingen, brigades of divisiën is het natuurlijk beter van vaartuigen gebruik te maken, daar dit middel de groote massa sneller overvoert. De grootste moeielijkheden ondervond men van de weinig geoefende paarden. Zij trachtten te keeren, zoodra zij grond verlorendoch eens in de goede richting zijnde, zwommen zij gewillig aan de longes over. Men beproefde evenals in Duitschland en Rusland de paarden met kudden tegelijk in het water te doen drijven door huzaren met lange zweepen gewapend, doch nauwelijks waren de paarden buiten het bereik van de zweep gekomen, of ze maakten keert. Nog werd gebruik gemaakt van ter plaatse aanwezige en gerequireer- de schuiten en bootjes, waarin de manschappen met het harnachement plaats namen en de paarden langs zij zwommen, aan de longe vastge houden op deze manier waren de brigade en de rijdende batterij in 5'/a uur overgebracht. Als bewijs dat men steeds de meest mogelijke veiligheidsmaat regelen moet nemen, om niet door den vijand te worden verrast ge durende den overtocht, kan dienen dat, toen een der regimenten ver- geten had posten uit te zetten, het te midden der inscheping plotseling door 3 eskadrons Honved huzaren geattakeerd werd, welke charge onder de oogen des keizers op schitterende wijze werd uitgevoerd. Naar aanleiding dezer proefnemingen is men in Oostenrjjk tot de volgende conclusiën gekomen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 301