346 op certificaten van goed gedrag. Het bestuur is in dit opzicht zoo dikwijls misleid. Tusschen de Atjehsche hoofden zeiven bestaat de grootste wangunst en naijver. Yoor onzen omgang met hen gelden dezelfde regelen, die op Java geldende zijn om vertrouwen, eerbied en ontzag in te boezemen. Aan de inachtneming dier regelen heeft Nederland het te danken, dat het met weinig middelen zooveel tot stand heeft gebracht in dezen ar chipel. De Generaal Roguet gaf dezen raad: „On se mettra en relation avec tous les chefs, et séparément; on les traitera avec douceur, dignité et confiance; quelques uns conseilleront de les diviser entre eux ou de les compromettre vis-a-vis des lenrsde pren dre les dévots et les faibles par les prêtres ou les femmes; les malheu- reux, les hommes immoraux par l'argent; les autres par l'honneur, la raison, lenrs relations d'amitié, de familie ou de caste; d'autres fois, c'est en flattant leur amourpropre qu'on les ramènera." Bij het verleenen onzer gunsten aan de Atjehsche hoofden is tot dusver te weinig gedacht aan hunne zonen. "Wij zouden deze leeg- loopers kunnen vangen door hun op eene school voor aanzienlijke inlanders te Kota Radja gratis onderwijs te geven en hun daarna op de verschillende bureaux onzer ambtenaren van het binnenlandsch bestuur in Atjeh eene aanstelling als ambtenaar (zendeling, tolk, klerk) met bezoldiging en costuum te waarborgen, zelfs al ware het vooral in de eerste jaren slechts voor den vorm. Verscheidene leden der Atjehsche jeunesse dorée stichten slechts kwaad in de kampong's; maar afgescheiden hiervan heeft de besproken maatregel een ander nut. Terecht schreef de Generaal Roguet: „C'est avec les jeunes gens qui n'ont rien ou peu a regretter du passé, tout a espérer de l'avenir, qu'il paraït plus convenable de faire bail: se les rendre favorables est peut-être le plus sur moyen d'avoir les families elles-mêmes." Onder de in onderwerping gekomen hoofden zullen eenige lastige elementen worden gevonden. Een der middelen om hen misschien voor altijd onschadelijk te maken, is hen over te halen tot het doen eener reis naar Mekka op kosten van het gouvernement. Tijdens den Padrioorlog heeft men dit middel toegepast en de geschiedenis

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 357