367
van de krijgsmacht vaD dieD staat uitmaken of wel daartoe volgens de
militaire wetboeken gerekend worden te behooren (1). De krijgsraad
te velde in Atjeh en Onderhoorigheden was tot 1881 tevens als bur
gerlijke rechtbank fungeerende, bevoegd kennis te nemen van misdrij
ven en overtredingen van niet-militairen op het terrein des oorlogs.
Gedurende den oorlog in de Zuider-en Oosterafdeeling van Borneo
van 18591864 werden de opstandelingen, in onze handen vallende,
door den krijgsraad te velde in dat gewest gevonnisd (2).
Bluntschli schreef:
„Soweit nicht die Kriegsgewalt besondere abweichende Vorschriften
erlasst, hat die bürgerliche und die Strafgerichtsbarkeit des Landes ihren
regelmassigen Fortgang. Die Einführung einer ausserordentlichen kriegs-
gerichtlichen Rechtspflege ist nur aus dem Grande einer ernsten und
dringenden Gefahr zulassig und ist vorher ölfentlich zu verkunden. Die
Einsetzung von Kriegsgerichten zur Ausübung des Kriegsrechts ist einer
der schwersten Eingriffe in die bürgerliche Freiheit und Rechtssicherheit,
weil sie eine Menge von Garantien aufhebt, welche das regelmassige
Processrecht den Parteien gibt. Es kann daher nur durch die Noth
gerechtfertigt werden. Aber diese Kriegsgerichte dürfen nicht nach
Willkür und nicht leidenschaftlich verfahren, sondern sind verpflichtet,
die Fundamentalgesetze der Gerechtigkeit zu beachten. Insbesondere
sollen die Angeschuldigten freie Yertheidigung gestatten. Aber sie sind nicht
gebunden an die strengere Vorschriften der gewöhnlichen Processgesetze."
Naar gelang de regeering of de opperbevelhebber der krijgsmacht
het, krachtens oorlogsnoodzaak, noodig oordeelt, kan de bevolking
van het vijandelijk land onder de rechtsmacht worden gebracht van
1. de gewone burgerlijke rechtbanken,
2. de speciale rechtbanken, bedoeld bij art. 103 van het Decreet
van 24 December 1811, (3)
3. de krijgsraden te velde en
4. de militaire commissiën (commissions militaires) of standrech
telijke krijgsraden.
Art. 13 der Amerikaansche „Instructions" luidt:
(1) Indisch "Weekblad van het Recht, Ro. 856.
(2) „Verzameling der merkwaardigste vonnissen gewezen door de krijgsraden te
velde in de Zuider- en Oosterafdeeling van Borneo gedurende de jaren 1859 1864."
Batavia, Landsdrukkerij, 1865.
(8) Zie Recuoil Militair, oorspronkelijke uitgave, 1880.
