370 heid binnen ons gebied, krasse bepalingen uitvaardigen als die, voor komende in bovenbedoeld besluit, men mag echter niet zeggen, dat zulks „volgens het oorlogsrecht" geschiedt of „standrecht" is, zooals dan ook van Januari 1888 (zie hoofdstuk XIV) tot Maart 1896 niet meer werd gedaan. Staan onze militaire wetboeken de invoering toe van een anderen vorm van rechtspleging dan de bestaande? In werken over oorlogsrecht en militair recht leest men herhaal delijk van krijgswet (law of war). Ofschoon onze militaire wet boeken tot de krijgswetten behooren, verstaat men onder -krijgswet toch iets anders. Men noemt krijgswet het samenstel der bepalingen, die den rechtstoestand beheerachen van de bevolking gedurende den staat van oorlog of dien van beleg. De afkondiging der krijgs wet is vaak synoniem met de verklaring in staat van beleg(1) maar moet dat niet altijd zijn. Wanneer eeue krijgsmacht de grenzen van het vijandeljjk gebied of van een onafhankelijken staat over schrijdt, met het doel om de rust te herstellen of den oorlog te voeren, kan de krijgswet door den bevelhebber dier krijgsmacht worden afgekondigd zonder dat daardoor dat gebied of een gedeelte van dien staat in staat van beleg behoeft te worden verklaard. Het Fransche Decreet van 24 December 1811 vormt nog steeds de voornaamste bron voor onze krijgswet. Wanneer in onze mili taire wetboeken naar de krijgswet wordt verwezen, mag men zeggen, dat naar dat decreet verwezen wordt (2). De Indische militaire wetboeken mogen in sommige artikelen anders luiden dan de Ne- derlandsche, oorspronkelijk waren zij de Nederlandsche en de arti kelen, die in beide wetboeken naar de krijgswet verwijzen, zijn ge lijkluidend gebleven. De bestaande krijgswet is van napoleoutischen oorsprong. De Rechtspleging bij de landmaeht werd in 1814, het Crimineel Wet boek voor het krijgsvolk te lande in 1815 ingevoerd. In de plaats der Pransche krijgswet is door onze militaire strafwetgeving niets gegeven en tot dusver heeft geene Nederlandsche Grondwet die (1) Pols, „Het Crimineel Wetboek voor het krijgsvolk te lande." (2) „Staat van Oorlog en van Beleg," Militaire Spectator 1869.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 381