380 Toch heeft reeds in het begin van 1895 the Reverend Berthon, de bekende uitvinder der zeildoeksche opvouwbare booten een lezing in het Royal United Service Institution gehouden over| het practisch nut zijner boot. Hij haaide daarbij o. a. aan, dat een cavalerie-brigade van 1800 man in 3 uur tijd op 6 booten eene rivier was overgetrokken. (Op gaven omtrent tijd en plaats ontbreken, vermoedelijk wordt bedoeld de Kozakken-brigade die in 1894 de Vistula overtrok). De booten waren opvouwbaar en 3-ledig, kosten 41 guineas en een verbeterd model weegt zonder toebehoeren 98 lbs. of 44 KG. De uitvinder vermeldde, dat ook in Duitschland met dit model proeven waren ge nomen. (Zie Duitschland in 1892; deze booten wogen toen met toe- behooren 90 KG, de bovenstaande zullen dus verbeterd model zijn(l). In 1895 heeft men toen bij de cavalerie-manoeuvres te Aldershot proeven genomen. Het rapport van den Lt-Generaal Sir Keith Fraser, inspecteur der cavalerie, omtrent het gebruik dier booten, bespreekt alleen de ge bruikte booten. Een daarvan was eene kleine opvouwbare boot, geschikt voorden gevechtstrein de andere was van hetzelfde model, doch grooter. Deze boot kon langer gemaakt worden en in een tweedeelig vlot voor geschut worden veranderd. De generaal zegt, dat deze laatste booten noodig zijn, en dat booten, welke de cav. begeleiden moeten, wel bij den bagagetrein op karren meegevoerd kunnen worden, en niet in de onmiddellijke nabijheid behoeven te blijven. Doch in hetzelfde verslag komt voor, dat op 1 Sept. '95 tengevolge van de gesteldheid van het terrein, de karren met de booten niet aan het water konden komen, een pakpaard meteen kleinere boot daarentegen wel. Daar voertuigen de cavalerie niet overal kunnen volgen, zijn de meeste engelsche vaklieden het niet met den generaal eens en van meening, dat alles wat de cavalerie meevoert ter verhooging der slagvaardigheid, geschikt moet worden gemaakt om op pakpaarden te worden medegenomen (zware bagage uitgezonderd). (1) Voor verdere gegevens en opgaven omtrent Berthonbooten,zie men het „Zakboekje voor den offioier te velde" en wel 142, 149 en 157. De daarin vermelde gegevens zijn ontleend aan het Handboek.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 391