383 de dagen de overtocht achtereenvolgens geschiedde eerst in laken uni form zonder schoenen, daarna met schoenen en eindelijk in compleete marschtenue, de paarden volledig bepakt. Gedurende de groote manoeuvres in Juli van hetzelfde jaar, her haalde deze afdeeling zwemmers van dit regiment, behoorende tot de divisie Novara, vereenigd met de andere troepen der divisie, de ver schillende bovengenoemde zwemoefeningen in de Ticino en op den len Augustus passeerden deze 40 ruiters na eene manoeuvre van onge veer 5 uren, denzelfden stroom bij Porto di Varallo Pombia. Op die plaats heeft de rivier een breed te van ongeever 300 Meter, waarvan 100 Meter ondoorwaadbaar en eene gemiddelde diepte van 3 Meter, de stroomsnelheid bedroeg daar 2,/1 Meter in de minuut. In den zomer van 1896 werd door de bemoeienis van den com mandant der 3e brigade cavalerie, Generaal-majoor Tosi, uit elk der beide tot de brigade behoorende regimenten Piacenza (No. 18) en Yicenza (No. 24) respectievelijk in garnizoen te Milaan en te Lodi eene speciale afdeeling van 40 geoefende zwemmers geformeerd. Deze afdeelingen verrichtten eerst élémentaire zwemoefeningen, zoowel de manschappen als de paarden, in de nabijheid hunner respectieve garni zoensplaatsen, nl in eenige kanalen bij Milaan en in de Adda bij Lodi. Bij gelegenheid der groote manoeuvres van het Ille legercorps, werden de zwemafdeelingen der beide regimenten, met de bij be hoorende paarden, vereenigd in een speciaal eskadronde oefeningen dezer afdeeling werden op de Ticino gehouden. Op den 22en Augustus was, gedurende eene manoeuvre van het legerkorps, de geheeïe zwemafdeeling reeds in staat de Ticino zwem mende te passeeren, op een punt waar de rivier een breedte van ongeveer 170 meter heeft; officieren en onderofficieren in compleet marschtenue, korporaals en huzaren in linnen kleeding met kolbak, en gewapend met karabijn en sabel, de paarden volledig bepakt. De geheele cavalerie divisie sterk 24 eskadrons trok vervolgens de Ticino over, volgens de bestaande voorschriften, de manschappen met harnachement op booten of vlotten, de paarden aan de longe er achter zwemmende. In Italië heeft men dus tot nu toe geen proeven genomen met opvouwbare booten of waterdicht linnen mondzakken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 394