29 Het stroomgebied van de Lampanasrivier bevat enkel eenige heuvelruggen en grenst aan dat der Ajer Manis. Het terreiD, waardoor de Atjehrivier zich kronkelt, is vooreerst voor ons van de grootste beteekenis. Het is het terrein der hoofdrivier van Groot-Atjeh, waar de groote massa der bevolking woont In elk land toch, waar geene gebaande wegen zijn, heeft het verkeer der bevolking in den regel plaats langs de waterwegen en kan men er zeker van zijn, dat men de grootste bevolkiug langs den hoofdwaterweg vindt. Het bovenbedoelde terrein is voor ons uit een staatkundig en militair oogpunt het belangrijkste gedeelte van Atjeh en Onderhoorigheden. Het is voor een gedeelte het terrein onzer hoofdvestiging, de zoogenaamde geconcentreerde stelling. Ten oosten van Indrapoeri is dat terrein eenigszins golvend, maar ten westen van deze plaats is het in hoofdzaak alluviaal en onder zeer geringe helling naar zee afvallende. Het tusschen de berghellingen en heuvelterreinen ingesloten vlakke land van Indrapoeri tot aan de kust schijnt gedeeltelijk ontstaan te zijn door voortdurende aanslibbing uit zee en aanhoudende veranderingen der bedding en overstroorningen van de Atjehrivier. De bij bandjir's van de bergen medegevoerde grond werd blijkbaar bij het buiten hare oevers treden der rivier op het aangrenzende terrein afgezet, zoodat zich langzamerhand op die oevers twee verhoogingen vormden, waartusschen haar loop voor geruimen tijd werd bepaald. Door uitspoeling of andere oorzaken brak wellicht deze snel vlietende stroom zelf de door hem gevormde dijken door ten einde in het zijwaarts gelegen lagere terrein eene nieuwe bedding te kiezen. Men schrijft aan deze natuurwerking het ontstaan der Kroeëng Tjoet en Kroeëng Bëroek toe. De vroe gere inwerking der zee op de vorming van Atjeh's kuststrook kan men opmaken uit de evenwijdig aan het strand gelegen terrein- verhoogingen op het noordelijk gedeelte der Belang Tamah, bij Toengkoep, bij kampong Soloeë en in de Belang Pandjang. Die terreinverhoogingen bedragen echter niet meer dan gemiddeld 1 M. Het daartusschen gelegen lagere terrein moet dan vroeger uit lagunes hebben bestaan, waaruit na verloop van tijd moerassige sawahvelden zijn ontstaan. Door deze terreinvormirg kan het eer s door ons veroverde gedeelte

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 40