HET VIZIER LIJM AIV.
In de „Armtj and Navy Journalkomt eene beschrijving voor van
een vizier ontworpen door den heer LymaD, dat bestaat uit een soort
opzet, die naast den grendel van het geweer is aangebracht en recht
op en neer kan worden geschoven. Deze opzet [eigenlijk vervarger
van de vizierklep] heeft eene opening van 6-^ m. M. middellijn. De
vizierkorrel is van ivoor, afgerond en 3 ra. M. in diameter.
Met deze [grove] richtmiddelen beweert de ontwerper oneindig
juister te kunnen vuren in al die gevallen, waarinde soldaat zenuw
achtig is, dan met het gewone vizier. Hij grondt zijne bewering
hierop, en dit kunnen wij volkomen beamen, dat het tegenwoordige
vizier het doel bedekt en dat de schutter, in zijne neiging om den vijand
te zien, er zeer ruw overheen kijkt. Daardoor richt hij dan veel
te hoog en zijdelings maar op de gis.
Met een paar teekeningen toont de schrijver aaD, wat men van
één zelfde doel ziet met beide soorten van vizieren en dan moet er
kend worden, dat men met zijn vizier bijna evenveel van het doel
ziet alsof men geheel zonder vizier in het voorterrein keek.
Ook de witte kleur van den vizierkorrel moet bepaald een voordeel
zijn, aangezien men meestal tegen een donker gekleurd doel vuurt.
Yerder heeft het vizier neg het voordeel, dat het zeer dicht bij het
oog van den schutter is geplaatst, waardoor deze beter en spoediger
door de opening kan zien.
De ontwerper licht verder nog toe, dat algemeen het verkeerde
denkbeeld heerscht, als zoude men met de fijnste richtmiddelen het
beste schot verkrijgen.
Wij voor ons gelooven, dat bij het schijfschieten, vooral met
opgelegd geweer, men met de fijnste richtmiddelen wel degelijk het
beste schot verkrijgt en overigens ook in die gevallen waarin met
veel bedaardheid kan worden gericht. De richtmiddelen van de