schikte rol heeft gespeeld. Wat het wapengeweld uit oorlogsnood-
zaak heeft gedaan is de materieele uiting van dat eigenbelang.
De oorlogsnoodzaak kan den militairen bevelhebber dwingen on
bekommerd over de bezittingen der bevolking van het vijandelijk
land te beschikken, d. i. geen onderscheid te maken tusschen open
baar en privaat eigendom, ja zelfs geene enkele requisitie te betalen.
In een oorlog als de Atjehsche kan de oorlogsnoodzaak den
opperbevelhebber dwingen alle middelen, behalve de onteerende, te
gebruiken om den vijand ten onder te brengen. Niet verdedigde of open
plaatsen kunnen worden beschoten of getuchtigd. Zoodra de bevelhebber
zich in het vijandelijk gebied bevindt, kan de oorlogsnoodzaak hem
dwingen, geen enkel recht te eerbiedigen, ja zelfs geen onderscheid
te maken tusschen strijders en niet- strjjders. In den volksoorlog en
tegenover eene volkswapening is het terrorisme wei opgetreden.
De oorlogsnoodzaak verlaat den bevelhebber geen oogenblik. Zij
volgt hem op al zijne schreden. Zijne daden zijn vaak even zoovele
dwangmiddelen, die hem door dien mentor worden voorgeschreven.
Het oorlogsgeweld is toongevend, waar het noodzakelijk wordt geacht.
Ook nooddwang kan de leidsman der handelingen van den opper
bevelhebber zijn. Uit nooddwang liet Bonaparte in 1799, in zijn
veldtocht tegen Syrië, tijdens het beleg van St. Jean d'Acre pestlij
ders ombrengen. (1) Handelingen, die uit nooddwang geschieden,
blijven echter buiten het domein der daden, waardoor de wapeneer
wordt bezoedeld, zooals het schieten op parlementairs in den oorlog
van 1870 1871,
Oorlogsnoodzaak ea nooddwang spelen bij de toepassing van het
oorlogsrecht eene groote rol, zoo zelfs, dat de den oorlog vooraf
gaande oorlogsverklaring of waarschuwing tot bedreiging uitzonde
ring is. Yan 1700 1871 zijn tusschen de „beschaafde" staten in
Europa en Amerika slechts 10, zegge tien oorlogen gevoerd, waarbij
het begin der vijandelijkheden door eene oorlogsverklaring werd voor
afgegaan, en 110, zegge honderd en tien oorlogen, waarbij dat niet
plaats heeft gevonden (2) en de eene staat den anderen zonder be
dreiging heeft aangevallen. De voorafgaande oorlogsverklaring is een
(1) Vigo Roussillon, „L'expédition d'Egypte," Revue des deux mondes, 1890.
(2) Revue militaire de lYtrarger, 1886, en H. Tir.dal, „Nederland in gevaar."