419 Yerder is het in strijd met het oorlogsrecht, volgens art. 13 van het gewijzigd- Russisch „Ontwerp van eene internationale conventie betreffende de wetten en gebruiken van den oorlog," ons op den vijand te wreken door A. L'emploi du poison ou d'armes empoisonnées. B. Le meurtre par trahison d'individus appartenant a la nation ou a l'armée ennemie. C. Le meurtre d'un ennemi qui, ayant mis bas les armes ou n'ayant plus les moyens de se défendre, s'est rendu a discretion. D. La declaration qu'il ne sera pas fait de quartier. E. L'emploi d'armes, de projectiles ou de matières propres a causer des maux superflus, ainsi que l'usage des projectiles prohibés par la declaration de Saint-Pétersbourg de 1868. F. L'abus du pavilion parlementaire, du pavilion national ou des insignes militaires et de l'uniforme de l'ennemi, ainsi que des signes distinctifs de la convention de Genève. G. Toute destruction ou saisie de propriétés ennemies qui ne serait pas impérieusement commandée par la nécessité de guerre." Toen de zendeling van den Generaal van Swieten, Mas Soemo Widikdjo in December 1873 in de nabijheid van Kota Radja door Atjehers gruwelijk vermoord was, vermeende de Generaal, hoorende dat de hoeloebalang van Pedir eenige dagen te voren met 1000 a 1500 man in den Kraton zou zijn aangekomen, met het oog op den steun, dien Tengkoe Pakeh met die strijdmacht aan de daardoor weder domineerende oorlogspartij verleende, als représaille voor den moord op zijn zendeling, de hoofdplaats Pedir te moeten laten bom bardeeren en door eene marine-landingsdivisie aanvallen. Dat deze maatregel de bevolking dier plaats zeer gevoelig heeft getroffen, weet ik in bijzonderheden, die, dertien jaren later als civiel gezaghebber te Segli opgetreden, nog het effect van dat bombardement aanschouwd heb, waarvan onze Marine alle eer heeft. Waarom moest echter de bevolking der hoofdplaats Pedir worden gestraft? Wreekte zich de Generaal hier niet ongemotiveerd aan het leven en de bezittingen van personen, die onschuldig waren aan den moord van Soemo Wi dikdjo? De Generaal heeft later verklaard, in dit opzicht verkeerd te hebben gehandeld, maar daarmede is zijne daad niet ongedaan gemaakt. Als maatregel van représaille liet de Generaal van Swieten ook

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 432