447 men, wordt, wanneer hij later gevangen genomen wordt, niet meer als spion doch als krijgsgevangene behandeld. Alleen op deugdelijk bewijsmaar nooit op vermoedenskan iemand voor spionneeren worden gevonnisd. In zeer zeldzame gevallen kan het staatsbelang vorderen, een spion tegen een of meer krijgsgevangenen uit te leveren. Krijgsgevangenen. Art. 56 der Amerikaansche „Instructions" noemt den krijgsgevangene een „public enemy." Ook in den oorlog tegen den inlandschen vijand zijn krijgsgevangenen wettige vijanden, doch geene misdadigers. Krijgsgevangenen, als opstandelingen met de wapens in de hand worden gegrepen, mogen zonder vonnis van den bevoegden rechter niet geëxecuteerd worden. De Commissaris-Generaal du Bus de Gisignies betuigde den Luitenant-Generaal de Koek zijne onte vredenheid, omdat de in Juli 1829 door den Luitenant-Kolonel Sol- lewijn bij Tangkisan gevangen genomen zoon van Dipo Negoro en zijn mannelijk gevolg, die met de wapens in de hand waren gegrepen, niet terstond als opstandelingen waren gefusilleerd, doch door den Ge neraal werden gespaard. De Generaal de Koek handelde correct door deze krijgsgevangenen niet zonder vorm van proces te laten neer schieten. Bovendien handelde hij politiek door hun leven te sparen, want de représailles van Dipo Negoro zouden niet achterwege zijn gebleven en de oorlog, die zijn einde naderde, had daardoor veel langer kunnen duren. Ten einde krijgsgevangen te kunnen worden gemaakt, moet men, volgens Europeesche begrippen, deel uitmaken van de gewapende macht of zich door de eene of andere betrekking tot haar verhouden. De XXIII en XXIV van het Russisch „Ontwerp van eene in ternationale conventie betreffende de wetten en gebruiken van den oorlog" luiden: l.„ Alle strijdenden en niet-strij denden, die een deel uitmaken van de gewapende macht der oorlogvoerende partijen, welke door de wet is erkend (hoofdstuk II, 9 en 10) kunnen, met uitzondering van de hierna te vermelden niet-strij denden, krijgsgevangen worden gemaakt (hoofdstuk VII, 38)."

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 460