453 zouden een aantal voorbeelden kunnen noemen van de goede werking der solidariteit voor de openbare veiligheid. Wanneer Sumatra's Westkust onder de gewesten der Nederlandsche bezittingen in den Indischen archipel bovenaan staat in openbare veiligheid, waaraan heeft men dat te danken dan aan de verantwoordelijkheid der Suma- tranen voor de misdrijven, die op hun grondgebied zijn gepleegd, als zij den dader of de daders niet weten aan te wijzen? Zeker niet aan de genoegzaamheid van onze politiemacht. Men stelle zich den Sumatraan voor na eene hevige worsteling en een burgeroorlog, die ruim eeuw geduurd hadden, gewoon aan een zwervend leven en aan de straffeloosheid, eigen aan den oorlog en den toestand van regeeriugloosheid, waarin het land verkeerde; zouden onze alleen reizende militairen en ambtenaren, onze transporten en goederen veilig de eenzame wegen hebben kunnen begaan, als er geen betere preventieve middelen van politie waren geweest dan de invloed en het gezag der hoofden, dat zeer gering was en op wier trouw niet kon worden gerekend, of onze eigene politie, die buiten het bereik van het geschut onzer forten bijna geene beteekenis had? De solidaire aansprakelijkheid ter Westkust van Sumatra was geene uitvinding van het jaar 1842, zooals Mr. T. H. der Kinderen heeft beweerd, maar eene oude adat, die toen als een maatregel van hoog en algemeen belang ten bate van de veiligheid van personen en goederen, zoowel der landzaten als van vreemdelingen, in herin nering werd gebracht, gewis niet onnoodig na de vele moorden, waarvan de opstand van Batipoe in 1841 getuige was geweest. Ten bewijze, dat de solidariteit een oud beginsel van politie is geweest, diene, dat de Kolonel de Stuers, Resident van Padang, in 1825 door onze zwakke macht en geringe bestuursmiddelen gedwongen, eene lijdelijke houding tegenover den vijand aan te nemen, zich moest vergenoegen, „door middel der politie de landsinstellingen te baat te nemen en zich op het stelsel van algemeene guarantie tot bevorde ring van veiligheid te steunen." 1) Dat er in een Nederlandsch Wetboek van Strafrecht van solidaire aansprakelijkheid geene sprake mag zijn, is duidelijk; maar uit de 1) H. J. J. L. Ridder de Stuers, „De vestiging en uitbreiding der Nederlanders ter Sumatra's Westkust" 2e deel, pag. 5.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 466