472 ons voldoende gegevens ten dienste stonden, konden wij voor een behandeling als de door ons gewenschte dan ook niet vinden. Yergeef ons, lezer, deze uitweiding, waarin wij gelegenheid vonden eenige onzer denkbeelden te plaatsen. Grjj wilt weten, waarom wij dan niet evenals de heer van der Maaten een tactiek-cursus schreven? Eerlijk gezegd, omdat wij nimmer de behoefte er van gevoeld heb ben. En toch zou het schrijven van een dergelijk werk van ons standpunt gezien nog meer reden van bestaan hebben dan van dat van den heer van der Maaten, die in hoofdzaak wil toelichten, dat men bij ons optreden tegenover den Inlandschen vijand met niets anders te doen heeft dan met de overal geldende tactische grond beginselen en regels. In de eerste plaats achten wij de bestaande werkjes van La Gordt Dillié. Bijdrage tot de kennis der oorlog voering in de Nederlandsche Oost-Indische gewesten; van Rees. Hand leiding tot de kennis der velddienst en vechtwijze van het Neder- landsch-Oo8t-Indisch leger tegen Inlandsche vijanden; Maurits. Onze inlandsche vijand; Th W en C L. Schroder. Leiddraad voor jonge officieren van het Oost-Indische leger te velde, nog steeds van zeer veel waarde, terwijl de „Waarheid van van Swieten" om zijn talrijke wenken op tactisch en strategisch gebied als een standaardwerk bij onze krijgvoering tegenover den inlandschen vijand beschouwd moet worden. Het schrijven van een bepaald tactische cursus tegenover den in landschen vijand achten wij niet bepaald noodig en moeilijk uitvoer baar Ten eerste hechten wij zeer veel waarde aan een goede ele mentaire tactische opleiding. Officieren, die op de onderwijs-inrich- tingen in Nederland de Europeesche tactiek om dat woord eens te gebruiken geleerd hebben, kunnen bij de oefeningen, mits zij onder goede leiding komen, zich geheel en al op de hoogtestellen van de vereischte wijze van optreden tegenover den inlandschen vijand. Zij hebben dan een basis, waarop het met eenige leiding zeer gemakke lijk valt verder door te werken. De algemeene grondbeginselen en regels der tactiek zijn, voor zoover men daarvan spreken kan wij komen hier later op terug, ook in Indië geldig; de practijk slechts kan ons leeren hoe ze toe te passen, hoe ze naar de omstandigheden te wijzigen. Heeft men dus als adspirant-officier goed tactiek-on-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 485