61
Bij de genie geldt bovendien de bepaling, dat de kapitein, na 20
officiersdienstjaren, majQor wordt.
Alleen de promotie tot kolonel en daarboven geschiedt uitsluitend
„bij keuze".
Ruiling onderling van officieren, in Engeland dienende en die in
de koloniën zijn, wordt alleen toegestaan in den 2den en len luitenants
rang. Kapitein- en luitenant-adjudanten moeten na 4 jaren dienst als
zoodanig, in de gelederen terugkeeren.
Elk officier mist de zekerheid, in het leger te zullen worden ge
handhaafd, zoolang hij nog geen 3 jaar naar eisch zal hebben gediend.
De jaarlijksche traktementen in het Engelsche leger zijn zeer hoog,
de levensstandaard trouwens daar te lande is mede beduidend duur
der dan die in Nederland.
De opperbevelhebber b. v. heeft f 54,000.traktement en bij de
hoofdkwartieren en staven
de generaalf 30,400.
luitenant-generaal25,200.
majoor-generaal20.400.
kolonel15,600.
kapitein6,000.
en luitenant4,800.
De gouverneur der koninklijke militaire akademie trekt's jaarlijks
f 18,000.de leeraren aan die inrichting, als zij hoofd van onder
wijs zijn f 6,600.en anders f 5,400.
De kapiteins en luitenants aan die inrichting, ontvangen, als zij
geen leeraar tevens zijn, daags f 2.40 boven hun gewone traktement.
Non-activiteit wegens ziekte mag hoogstens 5 jaar duren.
Het hoofdstuk „pensionneering" vangt met een weinig bemoedigend
artikel aan.
„Geen officier", zoo staat daarin te lezen „zal eenig recht op
„pensioen kunnen doen gelden, wanneer onze staatssecretaris niet
„tevreden is over de wijze, waarop de officier zijne dienstplichten
„zal hebben vervuld."
Alleen dienstjaren, ter westkust van Afrika vervuld, worden dub-
del gerekend.
Als het pensioen door den officier-zelven gevraagd wordt, bekomt: