70
o
onvermoeid arbeiden in de gewenachte richting, overwonnen ateun
vonden zij bij den toenmaligen Legerbevelhebber, den Luitenant-
Generaal K. L. Pfeiffer, die dadelijk bij de oprichting als „Bescherm
heer" optrad. Hulde zij dien mannen gebracht, zoowel voor hun
streven, als voor de wijze, waarop zij aan hun plan uitvoering
gaven.
Het zij mij vergund de namen dier oprichters tevens de eerste
bestuursleden hier te laten volgen
L. V. Dingemans, Majoor der genie, thans gepensioneerd, president.
J. A. P. Grevers, le Luitenant der Infanterie, thans Majoor v/d Gen.
Staf, secretaris-penningmeester.
H. H. Rink, Kapitein, thans gepensioneerd Kolonel-titulair'
der infanterie.
J. A. Vink, Majoor, thans gepensioneerd Kolonel-titulair
der infanterie.
s>
E. K. A. de Neve, Kapitein v/d Generalen Staf, overleden!
als gepensioneerd Majoor der infanterie. 1 g
J. H. de Sauvage, Kapitein thans Majoor-Intendant.
Al spoedig nam de Heer G. J. Beunk, oud-Kapitein der infanterie,
de functiën van correspondent in Nederland op zich, terwijl de Heeren
G. W. Beeger, Kapitein thans Luitenant-Kolonel bij den Generalen
Staf en J. H. C. Vermeer, Kapitein thans Luitenant-Kolonel-
Intendant als leden der commissie van toezicht te 'sHage optraden.
Na aldus met een enkel woord de oprichters te hebben herdacht,
komt het ons niet zonder belang voor in korte trekken de geschiedenis
der vereenigiug van af haar ontstaan tot op den huidigen oogeublik
te vermelden
De vereeniging trad in werking met een ledental van 421 officieren,
hetwelk evenwel in den loop van 1887 tot 768 klom, waardoor de
uitkeering, oorspronkelijk gesteldop f 400, reeds spoedig kon worden
vermeerderd met f 100 en in hetzelfde jaar nog gebracht werd
op f 600.
De contributie was oorspronkelijk geregeld naar den leeftijd en bleef
dit tot het einde van 1889; men onderscheidde 7 klassen, bevattende
o
a
1 00