79 4. De paarden, die voor de éclaireurs bestemd worden, zijn in de kracht huns levens, bezitten veel weerstand, hebben vrije gangen en een goed gezichtsvermogen; ze zijn goed afgericht en nemen gemakkelijk alle hindernissen. 5. De eskadronscommt. vertrouwt de opleiding der éclaireurs toe aan een officier, die bij regimentsorder wordt aangewezen. Deze officier behoort gekozen te worden uit hen, die bijzondere aanleg voor den kond- schapsdienst bezitten, die daarbij ondernemend zijn, een krachtig gestel hebben en liefhebbers van de jacht zijn. Daar ieder eskadron minstens één dergelijk officier moet hebben, behoort de regimentscommandant hen gelijkmatig over de eskadrons te verdeelen. De met de opleiding der éclaireurs belaste officier wordt in de uit oefening van den detaildienst bijgestaan door een der beste onderofficieren van het eskadron. 6. De opleiding der éclaireurs van het regiment is gesteld onder controle van een hoofdofficier aan wien te beurt valt: le het algemeen toezicht op de oefeningen der éclaireurs; 2o de leiding der oefeningen te velde, wanneer de éclaireurs van meerdere eskadrons tezamen optreden bijv. bij den kondschaps- en veiligheidsdienst, bij de jacht, bij het zwemmen enz; 3e het houden van afstandsritten met alle éclaireurs van het regiment. 7. Yoor de eclaireurs, die het best hun dienst doen, wordt een metalen insigne bestemd. Dit insigne wordt verleend na een voor een speciale com missie afgelegd examen. De eskadronscommandanten mogen voor deze commissie alleen die onderofficieren en éclaireurs brengen, welke gedurende de zomermanoeuvres inderdaad van bijzondere bekwaamheden blijk hebben gegeven. De gestelde eischen om het insigne te verwerven zijn de volgende: a. goed ruiter zijn en goed met zijn paard kunnen zwemmen; b. grondig de kennis bezitten van een éclaireur gevergd; c. de kaart kunnen lezen en zich zonder en met kaart in het terrein kunnen orienteeren; d. met een helder oordeel op het terrein een opdracht kunnen oplossen betrekking hebbende op den verkennings dienst e. een mondeling en schriftelijk rapport kunnen uitbrengen. De examens worden in den herfst, na afloop der zomermanoeuvres af genomen, onder presidium van den Regimentscommandant. Het aantal insignes, in het geheele regiment toegekend, mag het getal 30 niet over schrijden. Eclaireurs, die een jaar niet voldaan hebben, kunnen volgen de jaren wederom voor de commissie gebracht worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 90