608
Schriftelijke bescheiden van die posten worden met den trein mede
gegeven, c. q. ook het journaal, tot controle door den liniecommandant van
hetgeen reeds mondeling bericht werd; het heên en weêr loopen van
militairen tusschen Lamdjamoe en Olehleh moet hiermeê een einde nemen.
De Commandementsorder van 4 Mei 1887, No. 92 werd door de
Commandementsorder van 29 Januari 1888, No. 17 vervangen.
Deze luidde:
Met intrekking van al het vroeger ter zake door mij bepaalde alsmede
van het schrijven aan de liniecommandanten, dd. 3 Januari j.l., No. 2/13,
wordt de veiligheidsdienst binnen de linie van versterkingen op Groot-
Atjeh als volgt geregeld.
Algemeene regeling van den patrouilledienst binnen de linie. Het terrein
binnen de linie der versterkingen wordt verdeeld in zeven sectoren, als
volgt
le sector, omvat het terrein tusschen de Atjehrivier en den straalweg
Kota Radja Pakan Kroeëng Tjoet;
2e sector, idem tusschen de Atjehrivier en den rijweg Kota Radja
Olehleh;
3e sector, idem tusschen den rijweg Kota Radja Olehleh en de Kroeëng
Daroe
4e sector, idem tusschen de Kroeëng Daroe en den straalweg Kota
Radja Lehong Batah Lamreng
5e sector, idem tusschen den straalweg Kota Radja Lehong Batah-
Lamreng en de Atjehrivier;
6e sector, idem tusschen de Atjehrivier en de Kroeëng Lingkar;
7e sector, idem tusschen den straalweg Kota Radja Pakan Kroeëng
Tjoet en de Kroeng Lingkar.
De patrouilledienst van de veldbataljons wordt als volgt geregeld
14e bataljon, eenmaal in de drie dagen, le sector;
12e batajon, eenmaal in de twee dagen, 4e en 5e sector
15e bataljon, eenmaal in de drie dagen, 6e sector
3e bataljon, eenmaal in de drie dagen, 7e sector benevens het terrein
op den linker oever van de Kroeëng Daroe en de Atjehrivier ten noor
den en ten westen bepaald door de grenzen van de hoeloebalangschappen
Mesdjid Radja (rechter oever) Merasa en VI moekims.
Het grondgebied van Merasa en c. q. ook het op den linker oever der
Atjehrivier gelegen gedeelte van het landschap Mesdjid Radja (rechter
oever) worden door gewapende bevolkingspatrouilles afgepatrouilleerd.
Eene zoodanige bevolkingspatrouille, die op een der groote wegen eene
iroepenafdeeling tegenkomt, zal op 15 a 20 M. afstand halt maken,